Het Spreeuwtje, fluitende en zingende allerhande liedjes op bekende oude en nieuwe wijzen(1832)–Anoniem Het Spreeuwtje, fluitende en zingende allerhande liedjes op bekende oude en nieuwe wijzen.– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 7] [p. 7] 't Stemmige nufje. Wijze: Daar komt Paulus Jonas aan. Ziet, hoe daar dat Zusje gaat. Met haar preutsch kornetje; Schuilt niet, onder 't vroom gewaad. Heimlijk een ponjetje? Schijnt zij kiesch; } tweem. Ze is niet vies } tweem. Van een wereldsch pretje. } tweem. De oogjes slaat zij naar den grond; Komt een Heer haar tegen, Zachtjes kucht haar effen mond, Is zij hem genegen. En dat kind } tweem. Komt dien vrind } tweem. Spoedig weder tegen. } tweem. [pagina 8] [p. 8] Langzaam treedt zij ginder voort, Om zijn' weg te ontdekken, Voetjes van de fijnste soort Kunnen de oogen trekken, 't Kleedje hoog, } tweem. Met een' boog, } tweem. Om zijn' lust te wekken. } tweem. Maar de man van zeden gaat, Schoon hij 't hoofd mogt keeren, Daar hij huich'larij versmaadt, Walgend voort marcheren, Stelt geen' prijs, } tweem. Als die spijs } tweem. Zich laat presenteren. } tweem. Olijk Zusje! dat is mis, Wil u anders kleeden. Huich'larij verraadt gewis Meêr dan slechte zeden. En uw staat } tweem. Wordt gehaat } tweem. Bij elk een met reden. } tweem. Vorige Volgende