Spektator, jaargang 24 (1995)
Willem Kuiper
artikelen
| Bennis, Hans. ‘Waar is het werkwoord? Deel II: Antisymmetrie’, afl. 2, p. 130-146. |
| Bennis, Hans. ‘Waar is het werkwoord? Deel III: het Nederlands’, afl. 3, p. 228-248. |
| Beijer, C.H.M. en J.J.V.M. de Vet. ‘Faverey's “Reeks tegen de dood”: meer dan een bezwering’, afl. 1, p. 55-69. |
| Booij, G.E. ‘Terugblik van de redactie’, afl. 4, p. 250-262. |
| Booij, G.E. ‘Taalkunde in Spektator’, afl. 4, p. 290-293. |
| Dorleijn, G.J. en C.J. van Rees. ‘Literatuuropvattingen in het literaire veld, een toelichtende reactie’, afl. 3, p. 183-187. |
| Dijk, Nel van. ‘De toekomst van poëtica-onderzoek II: een repliek’, afl. 3, p. 175-182. |
| Goedegebuure, Jaap. ‘Moderne letterkunde in Spektator’, afl. 4, p. 266-269. |
| Goedegebuure, Jaap en Odile Heynders. ‘Over algemene, theoretische en vergelijkende literatuurbeschouwing. In gesprek met J.J.A. Mooij’, afl. 2, p. 91-102. |
| Heynders, Odile. ‘De toekomst van poetica-onderzoek: Problemen van een reconstructieve-institutionele benadering’, afl. 1, p. 3-20. |
| Jansen, Jeroen. ‘Helderheid (perspicuitas) in enige renaissancistische drama-voorredes’, afl. 3, p. 202-215. |
| Kobus, Sonja. ‘Voorbij Merlyn en formalisme, een niet ingeslagen weg?’, afl. 2, p. 103-119. |
| Koppenol, Johan. ‘Jan van Hout: nieuwe vondsten’, afl. 3, p. 188-201. |
| Kuiper, Willem. ‘De Middeleeuwen in Spektator’, afl. 4, p. 253-255. |
| Kusters, Wiel. ‘Wij zijn een volkslied, wij zijn een vlag. Over het publieke woordvoerderschap in twee gedichten van M. Nijhoff’, afl. 1, p. 21-31. |
| Lier, Peter van. ‘Het ontbrokene. Hans Faverey bezien vanuit Zen-boeddhistisch perspectief’, afl. 1, p. 70-84. |
| Luxemburg, Jan van. ‘Spektator. een geschiedenis van de Algemene literatuurwetenschap’, afl. 4, p. 270-289. |
| Mathijsen, Marita. ‘De negentiende eeuw (1800-1880) in Spektator’, afl. 4, p. 263-265. |
| Oostendorp, Marc van. ‘Klinkerkwaliteit en rijmstructuur in het Nederlands’, afl. 2, p. 147-161. |
| Schultink, H. ‘Twee Nederlandse introducties in de morfologie’, afl. 3, p. 216-227. |
| Smith, Simon. ‘Intertekstualiteit in opmars’, afl. 1, p. 32-54. |
| Smits-Veldt, Mieke B. ‘Renaissance en Verlichting in Spektator’, afl. 4, p. 256-262. |
| Zwart, Jan-Wouter. ‘Zinsstructuur en Woordvolgorde in de Syntaxis van het Nederlands’, afl. 2, p. 120-129. |
| |
| Dijk, Nel van. De politiek van de literatuurkritiek. De reputatie-opbouw van Menno ter Braak in de Nederlandse letteren. Delft [Eburon] 1994. Diss. KUB. Door: Léon Hanssen, afl. 2. p. 163-164. |
| Feijter, Anja de. ‘apocrief/ de analphabetische naam’ Het historisch debuut van Lucebert in het licht van de intertekst van Joodse mystiek en Hölderlin. Amsterdam [De Bezige Bij] 1994. Door: Ralf Grüttemeier, afl. 2, p. 167-169. |
| Hooft. P.C. Lyrische poëzie. Nieuwe tekstuitgave door P. Tuynman; bezorgd door G.P. van der Stroom. 1. Teksten; II. Apparaat. Amsterdam [Athenaeum-Polak & Van Gennep] 1994. Door: M.B. Smits-Veldt, afl. 3, p. |
| Kasper-Heuermann, Birgitta. Selbstvergewisserung. Zur immanenten Poetik in der (Symfonie van Victor Slingeland) von Simon Vestdijk. Frankfurt am Main usw. [Lang] 1994. Door: Honoré Schelfhout. afl. 2. p. 165-167. |
| Klinkend boeket. Studies over renaissancesonnetten voor Marijke Spies. Onder red. van Henk Duits, Arie Jan Gelderblom en Mieke B. Smits-Veldt. Hilversum [Verloren] 1994. Door: Wouter Abrahamse, afl. 1, p. 88. |
| Mander, Karel van The Lives of the Illustrious Netherlandish and German Painters, from the first edition of the Schilder-boeck (1603-1604). With an Introduction and Translation, ed. by Hessel Miedema. Vol. I: The text. Doornspijk [DAVACO] 1994. Door: Mieke B. Smits-Veldt, afl. 3. p. 294 |
| Mooijaart, M.A. Atlas van Vroegmiddelnederlandse taalvarianten. Utrecht [LEd] 1992. Diss. RUL. Door: J.A. van Leuvenstein, afl. 1. p 85-87 |
| Vries. Gert Jan de. Ik heb geen verstand van poëzie. G.A. van Oorschot als uitgever van poëzie. Amsterdam [G.A. van Oorschot] 1995. Diss. RUG. Door: Nel van Dijk, afl. 2, p. 169-171. |
| Willem Elsschot. Brieven. Verzameld en toegelicht door Vic van de Reijt met medewerking van Lidewijde Paris. Amsterdam [Em. Querido's Uitgeverij B.V.] 1993. Door: G.F.H. Raat, afl. 2. p. 162-163. |
|
|
Auteursrechtelijk beschermd