(8) |
a- |
geeft ontkenning aan, of afwezigheid van een bepaald kenmerk. Komt voor alleen bij vrij laat aan de klassieke talen ontleende vormen. |
(9) |
in- |
voornamelijk ter ontkenning van adjectieven en daarvan afgeleide substantieven. |
De onregelmatigheden en grote beperkingen in de distributie en interpretatie van deze prefixen doen de auteur ‘vermoeden’ dat (1) en (2) niet dezelfde dieptestructuur hebben. Dit terwijl Ibañez in al het voorafgaande een sterk semantiese onderliggende structuur gepostuleerd heeft, zij het impliciet en niet beredeneerd.
Rijkelijk doorspekt met ‘slot-filler’ analyses en argumenten uit de logica en pragmatiek, biedt Negation im Spanischen een potpourri van de hedendaagse linguistiek. De vele overgebleven vraagtekens, onafgemaakte argumenten, non sequiturs en ongerijmdheden geven te kennen dat deze mengeling niet tot verrijking, maar alleen tot verwarring leidde. (PM)
Linguistics for teachers. Selected readings. Ed. by John F. Savage. Science Research Associates Inc. Henley on Thames Oxfordshire 1973. £ 2.50.
Wie een vluchtige blik op en in dit boek werpt, loopt de kans zich erop te verkijken. Want wat je het eerst ziet, zijn de minst sterke punten van het boek: de omslag en het voorwoord. Het omslagontwerp geeft het boek een onwetenschappelijk uiterlijk: het bestaat in een fonologiese weergave van het woord linguistics, maar daarin is het teken g ambigu gebruikt. En in het voorwoord wordt een zeer onaantrekkelijk profiel geschetst van de moedertaal-dosent: zijn taak lijkt uitsluitend te liggen in het onderricht (de instruktie) van de als standaard geaksepteerde vorm van de moedertaal.
Men moet wel iets meer van het boek lezen om te weten dat Savage dit niet kan hebben bedoeld als zijn ideaalbeeld van de leraar. In zijn inleiding tot de eerste acht artikelen voert hij zijn leraren-lezerspubliek voorzichtig van het preskriptieve pad weg, en biedt hij als alternatief het dialekt van de leerling in zijn waarde te laten. De konfrontatie met de standaardtaal is van groot belang, maar er wordt niet getracht de afwijkingen ervan die de leerlingen gebruiken, met wortel en tak uit te roeien.
Het streven naar deze meer met de instelling van de linguïst overeenstemmende houding is tiperend voor wat Savage met dit boek voor heeft. Hij gaat er vanuit dat leraren geen linguïsten hoeven te zijn, maar dat ze wel op de hoogte moeten zijn van technieken, ontdekkingen en resente ontwikkelingen in de linguïstiek, m.n. voorzover deze gerelateerd kunnen worden met het werk in de klas. Er is dus geen sprake van een sistematiese inleiding in de linguïstiek. Er zijn een 25-tal artikelen bijeengebracht, waarmee linguïsten zich in de loop der jaren (globaal 1963-1970) tot een publiek van onderwijsmensen hebben gericht.
Minstens vijfentwintig boodschappen dus die men vanuit de wetenschappelijke wereld naar het onderwijs heeft willen zenden. Ze zijn in drie kategorieën gebracht: taal en linguïstiek, linguïstiek en grammatika, linguïstiek en leesonderwijs. De samensteller heeft elke afdeling ingeleid, om de artikelen in een zeker perspektief te plaatsen. Hij sluit ze ook af, en wel met praktiese wenken. Deze opzet is als zodanig uitstekend geslaagd, evenals de opbouw binnen de drie afdelingen.
Alvorens tot deze afdelingen door te dringen moeten we nog opmerken wat Savage zich eigenlijk voorstelt bij het woord linguïstiek. Behalve de algemene aspekten van de taalteorie komt dit neer op allereerst strukturalistiese grammatika en, in het verlengde daarvan transformationeel-generatieve. Er wordt niet verzwegen dat de