Hugo Brandt Corstius
Formele invoering van klinkers
Bij een verzameling W van woorden geschreven in de letters van een alfabet A definiëren we een ‘klinkerverzameling’ V als een minimale deelverzameling van A zó dat ieder element van W minstens één element uit V bevat.
Voorbeeld: Is A het gewone alfabet, en W de verzameling van de twee woorden ‘thuis’ en ‘hoest’, dan zijn er drie klinkerverzamelingen, die ieder één element bevatten: ‘t’, ‘h’ of ‘s’.
Neem voor A het alfabet van 27 letters: ‘ij’ en ‘y’ ieder één letter. We willen aantonen dat als een verzameling van Nederlandse woorden voldoende groot is, zijn klinkerverzameling juist bestaat uit de vanouds bekende ‘klinkers’.
Neem voor W de verzameling van de volgende 35 woorden: ‘ga’, ‘ja’, ‘la’, ‘ma’, ‘na’, ‘pa’, ‘ra’, ‘va’, ‘de’, ‘fee’, ‘ge’, ‘je’, ‘me’, ‘we’, ‘ze’, ‘of’, ‘ook’, ‘om’, ‘op’, ‘oor’, ‘os’, ‘bij’, ‘dij’, ‘hij’, ‘jij’, ‘mij’, ‘ik’, ‘in’, ‘is’, ‘dit’, ‘nu’, ‘uur’, ‘hut’, ‘typt’, ‘lynx’.
We zullen bewijzen dat de verzameling V van de zeven letters ‘a’, ‘e’, ‘o’, ‘ij’, ‘i’, ‘u’, en ‘y’ de (enige) klinkerverzameling is van W. V voldoet aan de eis dat ieder element van W een element van V bevat. Maar is V ook de kleinste en de enige?
Stel M is een klinkerverzameling van W met hoogstens zeven elementen Stel ‘a’ zit niet in M; dan moeten op grond van de eerste acht woorden uit W de acht letters ‘g’, ‘j’, ‘I’, ‘m’, ‘n’, ‘p’, ‘r’ en ‘v’ element zijn van M, maar M had hoogstens zeven elementen. Dus zit ‘a’ wel in M.
Stel ‘e’ zit niet in M; dan moeten op grond van de volgende zeven woorden uit W de acht letters ‘a’, ‘d’, ‘f’, ‘g’, ‘j’, ‘m’, ‘w’ en ‘z’ element zijn van M, maar M had hoogstens zeven elementen. Dus zit ‘e’ wel in M.
Stel ‘o’ zit niet in M; dan moeten op grond van de volgende zes woorden uit W de acht letters ‘a’, ‘e’, ‘f’, ‘k’, ‘m’, ‘p’, ‘r’ en ‘s’ element zijn van M, maar M had hoogstens zeven elementen. Dus zit ‘o’ wel in M.
Stel ‘ij’ zit niet in M; dan moeten op grond van de volgende vijf woorden uit W de acht letters ‘a’, ‘e’, ‘o’, ‘b’, ‘d’, ‘h’, ‘j’ en ‘m’ element zijn van M, maar M had hoogstens zeven elementen. Dus zit ‘ij’ wel in M.
Stel ‘i’ zit niet in M; dan moeten op grond van de volgende vier woorden uit W de acht letters ‘a’, ‘e’, ‘o’, ‘ij’, ‘k’, ‘n’, ‘s’, en òf ‘d’ òf ‘t’ element zijn