Tweede Deel van Sparens Vreugden-Bron(1646)–Anoniem Sparens Vreughden-Bron– AuteursrechtvrijVytstortende Soo Nieuwe als Singens-waerdighe Deuntjens Vorige Volgende Komt nu ghy Sangeressen al, Stemme: Florida soo het wesen mach. KOmt nu ghy Sangeressen al, En toont ons hier een bly geschal Al van 't vreughdige Sparen, Daer ghy soo dickmaels met vermaeck Van d'Echo hoort u spraeck, En u gespeel van snaren. 2 Het Tweede Deel van Sparens Vreught, Siet dat vry door, met goe geneught, En schept daer in behagen: Want ick het niet naer laten kon [pagina 38] [p. 38] Dit vreughdigh Sparens Bron Mijn liefde toe te draghen. 3 Die ick bewesen heb met gunst, Dus bid ick u, dat ghy de kunst Al t'samen wilt verheven, Op datse door ons gantsche Landt Magh worden wel bekant, En oock niet zijn verdreven. 4 Maer laet die met een goedt geluydt Klincken tot heldre keelen uyt: Soo sal ons Bron ghepresen Worden van alle menschen schier, Die dan by Wijn of Bier Het zinghen ofte lesen. Besluyt./ 5 Die hier vermaeck in vinden kan, Die komt by onsen SEGERMAN, En wil sijn geldt besteden, Aen 't Sparens Vreughden-Bron seer zoet, [pagina 39] [p. 39] Want hy in overvloedt V gherieft, met goe zeden. W. H. Groen is de Linde. Vorige Volgende