Sommighe nieuwe schriftuerlijcke liedekens
(1591)–Anoniem Sommighe nieuwe schriftuerlijcke liedekens– Auteursrechtvrijop de wyse: De Meysche jeucht, etc.
Ga naar voetnoot+VIinrancxkens groen,
Ga naar voetnoot+ Olijf boomen jonck vol virtuyten
Ga naar voetnoot+Bequaem saysoen,
Doet dijn bladerkens al vernuyten,
Ga naar voetnoot+En den reghen van buyten,
Ga naar voetnoot+Ontsluyten doet // een jeucht die bloeyt,
Ga naar voetnoot+Binnen besproeyt // En vrucht daer groeyt
Daer bloeyende Fonteynen spruyten.
Ga naar voetnoot+Reyn Christen jeucht,
Ga naar voetnoot+Maechden die t' Lammeken na schryden
Ga naar voetnoot+De groote deucht,
Ga naar voetnoot+Van Christus Jesus heylich lyden,
Om u ghebenedyden
| |
[pagina 73]
| |
T' allen tyden, wensch ick dijn,
t' Verrysen fijn // Deelachtich sijn,
Voor eenen groet, om u verblyden.
Kinderkens ghy, Ga naar voetnoot+
Gods Sonen en dochteren mede, Ga naar voetnoot+
Die daer staen vry, Ga naar voetnoot+
Deur die waerheyt in s Heeren vrede,
Schoon jonghe jeucht nae Christus zede
Van die nieu Stede Jerusalem, Ga naar voetnoot+
Wesende tem// Kinderen Sem, Ga naar voetnoot+
Gheen zaet van Chanaan vol booshede.
Der jonckheyts lust,
Boos en quaet wilt niet volbrenghen, Ga naar voetnoot+
U sterck toerust, Ga naar voetnoot+
Dat ghy den boosen meucht bedwinghen Ga naar voetnoot+
Volght nae die vrome Jonghelinghen,
In goede dingen // merckt op Abel,
Joseph, Samuel // En Daniel, Ga naar voetnoot+
Die recht den wech des Heeren ginghen.
Exempel dan Ga naar voetnoot+
Neemt an, twee die Joannes hieten,
Want van jeucht an, Ga naar voetnoot+
Zy dese Werelt achterlieten,
Om t' Hemelrijck te ghenieten, Ga naar voetnoot+
Sijt niet als rieten, ofte ghelijck Ga naar voetnoot+
Den Jonghen rijck // Die om dit slijck, Ga naar voetnoot+
Hem Christus woorden liet verdrieten.
Doet niet aldus, Ga naar voetnoot+
Maer wilt ghelijcken den ghepresen Timotheus, Ga naar voetnoot+
Van joncx de heylighe Schrift lesen,
Om ter salicheyt onderwesen
Te sijn by desen, in elck termijn,
Wilt sober sijn // niet drincken wijn Ga naar voetnoot+
Dan om der maghen te ghenesen.
s Werelts jeucht boos
Sijt niet ghelijck, want haer affeeren
Sijn Goddeloos,
Nae t' ydel vleeschelijck begheeren,
| |
[pagina 74]
| |
Ga naar voetnoot+Want vloecken, spotten, sweeren
Is haer gheneeren, als dat ontmoet,
Bethels ghebroet // Soo niet en doet
Ghedinckt de straffe door twee Beyren.
Maegdekens jonck,
Ghesproten duer des Geests bedouwen
Al uyt den tronck
Ga naar voetnoot+Van de oude heylighe Vrouwen,
Wilt u met Dina niet betrouwen,
Ga naar voetnoot+Maer u aenschouwen, hebt op Sara,
Ga naar voetnoot+Volght Susanna // en Maria,
Ga naar voetnoot+Ootmoedich door den Gheest wilt bouwen.
Ga naar voetnoot+Ghy Meyskens net.
Ga naar voetnoot+Der Cantijcken, oeffent u sinnen,
In de vrye Wet,
Ga naar voetnoot+Aenmerckt u wesen wel van binnen,
Wilt neerstelijck beginnen,
Te minnen u Bruydegom,
Ga naar voetnoot+Jesum Christum // volght hem alom,
Duer hem meucht ghy den strijt verwinnen.
Dreaght zynen Naem,
Ga naar voetnoot+Als uytghestorte salve alleene,
Reuckich bequaem,
Vol soeticheyt hem int ghemeene,
Voor een busselken Mirrhe cleene,
Ga naar voetnoot+Tusschen u reene borsten hangt,
Na hem verlangt // Zijn woort ontfangt
Ga naar voetnoot+In sachten gronde niet van steene.
U reyn verciert,
Als Conincx dochters in persoone,
Wel ghemaniert,
Ga naar voetnoot+Stelt op de wijsheyt voor een Croone,
Die gherechticheyt tot uwen loone,
Ga naar voetnoot+Ooc voor een schoone, cleeding aentrect
Ga naar voetnoot+Sijt ghy bevleckt, Wascht u perfeckt,
Ga naar voetnoot+Doet vruchten des berous ydoone.
Scheyt u eer lanck,
Ga naar voetnoot+Om t' Euanglie nae te jaghen,
Dat uwen ganck
| |
[pagina 75]
| |
Den Bruydegom wel mach behaghen, Ga naar voetnoot+
Dient hem oock al u daghen,
Voor al wilt draghen der liefden bandt,Ga naar voetnoot+
Die vierich brandt // In 't herte want Ga naar voetnoot+
Hy gaet te bouen alle baghen. Ga naar voetnoot+
Als Maechden cloeck,
Verwacht die toecomste des Heeren, Ga naar voetnoot+
Doet hier versoeck, Ga naar voetnoot+
Weduwen, Weesch, in 't verseeren,
Wilt suyverlijck verkeeren,
U cleeren niet nemen en laet, Ga naar voetnoot+
Gods woort wel vaet // Het quade haet, Ga naar voetnoot+
Wat goet doen is, wilt neerstich leeren. Ga naar voetnoot+
Voor een Oorlof,
Cederboomen vruchtbaer plantsoenen,
Die den Voorhof Ga naar voetnoot+
Van onsen Godt lustich vergroenen,
Wilt u in die hope vercoenen Ga naar voetnoot+
Niet te wijcken voor gheenen noot,
Om zweert noch doot, den loon is groot. Ga naar voetnoot+
Voor alle Christen Campioenen. Ga naar voetnoot+
Een is noodich. |
|