Sommighe nieuwe schriftuerlijcke liedekens
(1591)–Anoniem Sommighe nieuwe schriftuerlijcke liedekens– Auteursrechtvrijna de wijse: Aenhoort uwen roep al te samen.
Ga naar voetnoot+ALs wy om t' recht des Heeren,
Ga naar voetnoot+Lieve Broeders, vergadert sijn,
So moeten wy eerst leeren,
Ga naar voetnoot+Ons selven ondersoecken fijn,
Oft ons toecoemt op dat termijn,
Ga naar voetnoot+Een ander te oordeelen,
Ga naar voetnoot+Selfs onschuldich voor Godts aenschijn.
Ga naar voetnoot+Want wie sondich van leven,
Ga naar voetnoot+Een ander veroordeelt hier,
Die oordeelt daer beneven,
Ga naar voetnoot+Hem selven in 't helsche vyer,
Ga naar voetnoot+Daerom moetmen seer goedertier,
Met vreesen ende beven,
Ga naar voetnoot+Voor Godt rechten na zijn manier.
Ga naar voetnoot+Niet aensien de Persoonen,
Ga naar voetnoot+Van wat state oft qualiteyt,
Ga naar voetnoot+Niet straffen oft verschoonen,
Ga naar voetnoot+Door onwil oft gunsticheyt,
Maer doen elck recht met goet bescheyt
Ga naar voetnoot+Den cleynen als den grooten,
| |
[pagina 45]
| |
T' oordeel is Gods, so Moyses seyt.
Om goe vree te maken. Ga naar voetnoot+
In questien, t' sy groot oft cleyn,
Men moet voor alle saken,
Met onpartyscher herten reyn, Ga naar voetnoot+
Beyde partyen verhooren pleyn,
Sonder een recht uyt spreken,
Eer men de sake proeft ghemeyn.
Want daer deur can geschieden,
Dat den twist groeyt in 't herte seer,
Wanneer twistende Lieden,
Mercken des Richters verstant seer,
Dat maeckt eensins grooten afkeer,
Om t' recht niet te betrouwen,
En andersins partye te meer.
Met eenen gheest saechtmoedich Ga naar voetnoot+
Moeten wy onderwysen saen, Ga naar voetnoot+
Die dolen overvloedich,
Alsoo Paulus heeft ghedaen,
Tot den Galaten vindtmen staen, Ga naar voetnoot+
Hoe zy waren vervallen,
Maer hy arbeydt noch tot vermaen. Ga naar voetnoot+
Paulus wijs en voorsichtich, Ga naar voetnoot+
In tyde des twists heeft hy ghesocht,
Raet, in saken ghewichtich,
En also tot vrede gebrocht,
Die in dolen waren gherocht,
Segghende van besnyden,
Of dat men niet salich sijn mocht.
Na dit voorbeeldt beschreven, Ga naar voetnoot+
Moeten wy wercken met accoort, Ga naar voetnoot+
In dwalen, twist beseven,
Onderwijs doen alsoo 't behoort, Ga naar voetnoot+
Daer nae machmen wel treden voort, Ga naar voetnoot+
In s' Heeren naem te doene. Ga naar voetnoot+
Proeve der saken met Godts woort.
Maer men mach niemant rechten,Ga naar voetnoot+
Sonder ghetuyghenisse bloot, Ga naar voetnoot+
Dus als ghetrouwe Knechten,
| |
[pagina 46]
| |
Ga naar voetnoot+Moeten wy weten misdaet groot,
Ga naar voetnoot+Niet twijffelen als wy ter noot
Yemandts oordeel bestemmen,
Ga naar voetnoot+Dat hy voor Godt staet in de doot.
Ga naar voetnoot+Maer als wy seker weten
Ga naar voetnoot+Door de Schrift, en ghetuyghen claer,
Yemant stout en vermeten
Ga naar voetnoot+In des vleesch wercken openbaer,
Ga naar voetnoot+So moeten wy scheyden van haer,
Ga naar voetnoot+Het Broederschap afsegghen,
En dat hem naeckt een Oordeel swaer.
Ga naar voetnoot+Des Wets Ban, so wy lesen,
Was sonder ontfermen subijt,
Ga naar voetnoot+Gantsch uytgheroyt te wesen,
Maer den Ban der ghenaden tijt,
Ga naar voetnoot+Is een vercondinghe met vlijt,
Ga naar voetnoot+Des eeuwighen doots pyne,
Ga naar voetnoot+Der Broederlijcke ghemeynschap quijt.
Ga naar voetnoot+Dus moeten wy uytvaghen,
Ga naar voetnoot+ Den ouden onreynen deesem suer,
Ga naar voetnoot+Gheestelijck Paesschedaghen
Houden, in een nieuw soet deech puer,
Vry van alle sondich labuer
Gheloovich t' Lam Godts nutten,
Dat Israel att in figuer.
Ga naar voetnoot+Die dit Paeschlam onendich
Deelachtich is, coemt toe dat hy
Mach, broot en wijn uytwendich
Ga naar voetnoot+Nutten, en ghedencken daer by,
T' lams bitter lyden, en dat wy
Verlost sijn uyt des doots banden,
Ga naar voetnoot+Waer van de Sondaers niet syn vry.
Repose.
Eenichsins twijffelachtich,
Yemant bannen moghen wy niet,
Ga naar voetnoot+Op dat voor Godt Almachtich,
Ga naar voetnoot+Eerst in den Hemel sy geschiet,
Ga naar voetnoot+Oock ist noot dat men voor hem siet,
Ga naar voetnoot+Niet toe te segghen vrede,
| |
[pagina 47]
| |
Die doch toecoemt eeuwich verdriet. Ga naar voetnoot+
Den Ban is ons ghegheven, Ga naar voetnoot+
In Godts ghemeente eersaem, Ga naar voetnoot+
En moet oock sijn ghedreven, Ga naar voetnoot+
Matich, tot reyn houden bequaem,
Op dat wy onsen goeden naem Ga naar voetnoot+
Voor Godt en al de Werelt, Ga naar voetnoot+
Niet en verliesen, na t' betaem. Ga naar voetnoot+
Oock is den Ban ghepresen Ga naar voetnoot+
Sondaers tot beteringhe goet, Ga naar voetnoot+
Dies moeten wy by desen
Haer neerstich vermanen tot boet, Ga naar voetnoot+
Onderwijs doen met woorden soet, Ga naar voetnoot+
En alle middel soecken,
Om haer te helpen met der spoet. Ga naar voetnoot+
Den swacken te verdraghen Ga naar voetnoot+
En ons die sterck sijn opgheleyt,
En die cleynmoedich claghen, Ga naar voetnoot+
Vriendelijck sijn tot troost bereyt, Ga naar voetnoot+
Dat ons onghemaniert niet greyt, Ga naar voetnoot+
Te straffen oock met maten,
Vreesende voor Godes Majesteyt. Ga naar voetnoot+
Voor Godt sijn wy ellendich, Ga naar voetnoot+
Cranck, swack, en teere over al,
Dus moeten wy behendich Ga naar voetnoot+
Een yeghelijck, waer in hy sal Ga naar voetnoot+
Connen, malcanderen in misval, Ga naar voetnoot+
Vergheven, en waernemen
Als Kinderen van Godts ghetal. Ga naar voetnoot+
Och oft wy t' allen stonden
In desen reghel leefden wel, Ga naar voetnoot+
Een yeghelijck zijn sonden Ga naar voetnoot+
Bekende, en versoende snel Ga naar voetnoot+
Den Broeder, na Christus bevel,
Men soude vrede vinden,
Daer dickwils is twist, tweedracht fel.
O Prince Godt wil ons stieren Ga naar voetnoot+
Den rechten wech deur uwen Gheest,
In u waerheyt regieren, Ga naar voetnoot+
| |
[pagina 48]
| |
Ga naar voetnoot+ Op dat wy wesen onbevreest
Ga naar voetnoot+Voor u toecoemste met tempeest,
Ga naar voetnoot+Als ghy recht, Richter, rechten
Ga naar voetnoot+Sult, ghetrouwelijck minst en meest.
Ga naar voetnoot+Wilt danckelick ontfanghen,
Ga naar voetnoot+Beminde Broeders dit nieu Liedt,
Hoe men sonder verstranghen,
Ga naar voetnoot+Moet handelen na mijn bediet,
Ga naar voetnoot+Isser teghen u verstant yet,
Ga naar voetnoot+So houdet my ten besten,
Ga naar voetnoot+En volght altijdt dat Godt ghebiedt.
G.V.E. |
|