Van den bisdommen. CXCI. (III. 62 § 3)
Oec syn twee ertssche bisscopdomme1) in den lande te Zassen ende vyftien andre.2) Den biscop van Meghedeborch is onderdaen die biscop te Nuwenborch ende die van Mersborch ende die van Halverborch. 3) Die bisscop van Meghense hevet ter viere in den lande te Zassen die hem onderdaen syn 4) die van Halverstat dat isser een ende die van Hildensem5) ende die van Verden ende die van Parborne.6) Die bisscop van Osenbrugghe ende die biscop van Munstere 7) ende van Minden syn onderdaen den bisscop van Kolen. 8) Die eertssche bisscop van Bremen hevet onder hem dien van Lubeke ende dien van Swirin ende dien van Razeborch. 9)