Ruimte. Jaargang 1(1920)– [tijdschrift] Ruimte– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Voor u Als mijn woorden dié klaarte brengen in uw hart dat ik een glimlach op uw lippen zie: O broeder, dan is het niet voor niet geweest dat ik stil bij moeder zat wijl zij brijdde en mij vroeg: ‘Waaraan denkt gij?’ Als mijn komst bij u aan huis dié vreugde geeft dat ik voel alsof Ik werd verwacht: O broeder, dan is het niet voor niet geweest dat het lamplicht mij een veelvoudig-schoone eiland scheen en moeder zei: ‘Gij krenkt uw oogen’. Als ik heen ga van u en dat mijn boodschap dit wonder heeft verricht: dat héél de wereld als een blije verovering vóór u ligt: O broeder, ô broeder, dan is het niet voor niet geweest dat ik om menschenliefde bad en moeder zei: ‘Gij zijt een droomer’. Fernand-Martin PAUWELS Vorige Volgende