Roeping. Jaargang 31(1955-1956)– [tijdschrift] Roeping– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 1] [p. 1] [Roeping 1955] [Nummer 1] Pierre Kemp Gedichten Maanbewoner Als kind heb ik lang in de maan gewoond, gedwaald door de blauwe gangen en zalen, waarin haar kristal stond getoond en dat gestreeld met mijn wangen. Toen ben ik met heel het maanhuis gegaan tot boven de tuinen der aarde en kreeg daar het bevel: ‘gij moet hier vandaan!’ omdat ik té veel ontwaarde. Ik ben er waarlijk niet uitgezet, al kon ik niet langer blijven. Ik werd verbannen volgens de wet, dat niemand zijn droom mag beschrijven. In tules van gedichten Middag en stil. Ik lig woorden te spinnen en span ze van plant tot plant. Wat wil ik er zo toch mee beginnen? Wie draagt nog zulk spinsel in héél dit land? Wie loopt nog in tules van gedichten? Wie hangt zich hun sluier nog om 't gezicht en begrijpt, hoe goed het haar wezen staat, als ze in mijn gedicht uit winkelen gaat? [pagina 2] [p. 2] Chanson triste Daar ga ik weer met die trechter vol sterren op mijn hoofd. Vroeger liep ik veel rechter, maar toen heb ik nog geloofd, dat er bruiden konden komen en die sterren nemen aan voor hun sluier, doch die dromen zijn nu wel verdaan. Haast is niets meer mij gebleven, als dit lichaam zonder geven en ontvangen, bovendien kunnen mijn ogen geen bruiden meer zien. Nachthonden Het nachtlicht stolpt zijn blauwgroene schijn voor zich uit over heuvelland en ravijn. Een hond heeft iets in de avond gezegd. Die hond heeft zeker iets gehoord en een andere hond, die dit niet weerlegt, gromt en antwoordt verstoord. Honden blaffen zo laat niet voor hun plezier. Ruiken zij de bandiet in een mens of in een dier? [pagina 3] [p. 3] Zal ik hem niet meer zien? Neen, Ravel is niet dood! Vannacht nog sprak ik met hem aan de rand van een bos. Hij stond aan de andere kant van een tak en liet een melodie langzaam los uit een fluit. Glimlachend, als iemand doet, die houdt van de fluit en goed voor haar is, zei hij nog: ‘en nu is het uit!’ Naar het licht te gaan Ik ga naar het Licht, dat is te lezen in mijn rechter- en in mijn linkeroog, om de wangen van heel mijn wezen en van elleboog tot elleboog! Vreemd, zo maar naar het Licht te gaan met al de muziek, die ik hier heb gevonden. Hoe voel ik mijn nummer met de Zon verbonden! Houdt mij niet tegen! Houdt mij niet aan! Vorige Volgende