Roeping. Jaargang 25
(1948)– [tijdschrift] Roeping– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 428]
| |
Frans van Oldenburg Ermke
| |
[pagina 429]
| |
maken van mooie dingen enkel een kwestie van gevoel... Ja, dat gevoel! Het beheerst de wereld. De éen voelt iets voor het communisme en de ander voelt er niets voor. Allen voelen ze voor een hoog welvaartspeil, en de meesten meer voor jazz- dan voor klassieke muziek. En zelfs onder de dichters, die, volgens Shelley, ‘are the trumpets which sing to battle’, en ‘the unacknowledged legislators of the world’, zelfs onder hen zijn er, die alle goeds verwachten van intuïtie, onderbewustzijn, van roes en bevlieging, en de gedachte verachten als gekunsteld en koud, miskennend de innige betrekking tussen poëzie en gedachte, tussen het ware en het schone. ‘Evenals de oude wijsbegeerte der Grieken zich uit hunne dichtkunst ontwikkelde, zo wordt zij nog steeds bij de oorspronkelijke volwassen mens uit de poëzie van zijn leven geboren’, schrijft Bakhuizen van den Brink in zijn studie over Franciscus Hemsterhuis. En verder: ‘Hij, dien opvoeding en betrekkingen in de wereld hebben belet zich in enig wijsgerig stelsel te klemmen, maar die echter door de natuur tot filosoof werd gevormd, hij zal eerder geneigd zijn zijne gedachten op ene schone en bevallige, al is het dan ook minder regelmatige wijze, voor te dragen’. | |
IDe poëzie der gedachten: in geen moderne werken leeft zij sterker en bloeit zij schoner op dan in die van de Zwitserse professor Dr. Max Picard, oorspronkelijk denker en suggestief schrijver, wiens studeerkamer de hele wereld en wiens studieobject de mens zelf in al zijn verscheidenheid van denken en voelen is. Langzaam, té langzaam dringen zijn werken ook tot het Nederlandse lezerspubliek door. Zijn ‘Hitler in uns selbst’ verscheen in een uitmuntende vertaling van Gabriël Smit onder de titel ‘De mens zonder werkelijkheid’Ga naar voetnoot1) en ‘Die unerschütterliche Ehe’ werd almede voortreffelijk vertaald | |
[pagina 430]
| |
door Madeleine Plet als ‘Het Onwrikbare Huwelijk’Ga naar voetnoot1). Maar ondanks een goede critiek, ja, voortreffelijke pers hebben die boeken, kenmerkend nochtans voor de beste Picard, toch niet die sensatie verwekt, welke de zeker niet belangrijker Spengler na de vorige oorlog met zijn ‘Untergang des Abendlandes’ hier te lande wekte. ‘The happy few’ nochtans ontging de betekenis van Picard's meeslepende gedachtenlyriek niet. De edele, Duitse schrijver, Ernst Wiechert, die dieper dan wie ook de tragedie van het moderne Duitsland doorleefde en doorleed, schreef over ‘Hitler in uns selbst’, als ‘eines der wenigen, ganz wenigen unanfechtbaren Dokumente menschlichen Geistes’, en Theophil Spoerri prees ‘die Mächtigkeit des Vision und des Wortes’. Een avonturier der gedachte? Eerder een ontdekkingsreiziger in de wereld van de geest, maar die te werk gaat volgens een vast plan, en bezield door een grote conceptie onderweg is naar een hoog ideaal. | |
IIOnze eerste kennismaking met de gedachtenwereld van Picard berustte op een vergissing, een gelúkkige vergissing. We hadden een bundel novellen besteld van moderne, Russische schrijvers, ten dele al uit de gratie gevallen nog voor het werk goed en wel verschenen was, en de boekhandelaar zond ons ‘Die unerschütterliche Ehe’ van Max Picard. Een huwelijksboek? Een half pikant, half braaf geschrift ter voorlichting over en propaganda ván het huwelijk ten behoeve van huwelijkscandidaten en nieuwsgierige jongelieden? Een boek, zoals er per maand minstens twee verschijnen? De naam Max Picard liet iets anders vermoeden. En dus lazen we het, ofschoon het onderwerp ons niet aanlokte. Maar vanaf de eerste pagina nam de stijl ons mee, de groots- | |
[pagina 431]
| |
heid der grondgedachte en de magistrale wijze, waarop die ontwikkeld werd. De stijl herinnert aan die van Rilke, zonder diens hypersensibiliteit, diens oververfijning en welhaast schichtig ‘verschieten’ van toon en stemming, gezonder, ‘rechter’, vasthoudender, maar even rijk aan rake, scherp geëtste beelden, even hoog van vlucht, en toch vrij evenzeer van valse verhevenheid. Er is die lust, dat gezonde behagen in een gelukkige, in de énig juiste expressie, welke zelfs een essay over mechanica tot aangename lectuur kan maken. Maar er is meer dan dat. Er is het voornaamste: een waarheid, die opgroeit en openbloeit, als een bloem uit haar zaad, als een muzikale compositie uit haar kiemcel: ‘Dás ist in der Ehe, - nicht mehr: ein Mann, eine Frau, einige Kinder, einige Geräte zum Essen und zum Schlafen und vielleicht noch ein paar Tiere. Es ist wie am Anfang der Schöpfung. Und vom Anfang der Schöpfung an bis heute, immer ist dies da: ein Mann, eine Frau mit ein paar Kindern und ein paar Dingen im Hause der Ehe. Reiche wurden gegründet und wurden zerstört, Massen von Menschen füllten den Boden der Erde an und verschwanden wieder unter ihm, Sintflut kam und wieder neue Erde: immer standen in der gleichen Weise nebeneinander ein Mann und eine Frau mit den Kindern und den paar Dingen im Hause der Ehe’. Dit is het thema, door de titel van het boek reeds aangekondigd: de onwrikbaarheid van het huwelijk, in al zijn eenvoud, simpele goedheid, in zijn oorspronkelijke hechtheid zondvloed, oorlogen, rampen overlevend. Een verbijsterende gedachte, volkomen waar, volkomen gezond. En toch verbijsterend? Ach ja, wie denkt er in deze tijd van echtscheidingen, huwelijkstragedies, huwelijksparodieën nog aan het huwelijk als onwrikbaar; wie denkt er nog aan het onwrikbare huwelijk, tenzij als iets, dat zo móést zijn, maar niet zo ís? En tóch onwrikbaar, want hoeveel huwelijken er ook mogen mislukken bij gebrek aan innerlijke harmonie, aan geduld | |
[pagina 432]
| |
en ernst, door domheid vooral en onverschilligheid voor de wezenlijke waarden des levens, toch blijft het huwelijk heilig, onwrikbaar: enig, eeuwig, hecht fundament der samenleving.
Ook deze verhandeling, - eigenlijk meer dan een verhandeling: een prozagedicht van ongewoon lyrische kracht! - baseert zich op die éne grondgedachte, welke heel Picard's oeuvre beheerst: het moderne leven mist een vaste structuur; de continuiteit ging in het leven van enkeling en maatschappij verloren; en het oorspronkelijke geheel spat in atomen uiteen. Schrijvend over het huwelijk zegt hij onder meer:
‘Ausserhalb der Ehe heute sind die einzelnen Glieder eines Phänomens gewöhnlich einander gleichgeordnet, in der Ehe aber ist die sakramentale Mitte allem übergeordnet, die Struktur ist zentriert’.
Het is die discontinuïteit, het verlaten van die ‘Struktur der Mitte’ welke in Duitsland Hitler zijn kans gaf. In zijn ‘Hitler in uns selbst’ wordt dit aan de hand van overtuigende argumenten nader aangetoond.
‘De nazi, die geen samenhang heeft, kan een stuk werkelijkheid, een land, een mens grijpen, neerslaan, overweldigen, - maar hij kan geen werkelijkheid bezitten, en omdat hij de werkelijkheid niet bezitten kan, zoekt hij haar te vernietigen. Hij heeft geen verantwoordelijkheidsbesef ten opzichte van de werkelijkheid, hij voelt zich niet aan haar gebonden, en daarom gaat hij met haar om naar het hem past; hij sart de werkelijkheid, hij vernietigt haar; zij raakt hem niet, de werkelijkheid gaat hem niet aan’.
Maar zelfs in zo'n actueel geschrift als ‘Hitler in uns selbst’ bloeit de poëzie der gedachte op. En het is een poëzie, welke aan die der dichterlijke en wijsgerige Bijbelboeken herinnert. | |
[pagina 433]
| |
‘Alleen wie noodlot heeft, blijft in de herinnering voortbestaan. Napoleon had noodlot, Hitler had alleen maar pech. Hitler's wereld der discontinuïteit is van meet af aan ingesteld op het ogenblikkelijke, op de winst of het verlies van het ogenblik. Door het noodlot echter werkt de eeuwigheid op de mens in, door het noodlot komt de eeuwigheid in de tijd. Daarom kan het noodlot alleen in de wereld der duurzaamheid bestaan. De mens wordt door het noodlot opgeheven in iets dat boven hem uitgaat, doch in deze grotere afmeting van het noodlot worden de eigen, kleinere afmetingen, de afmetingen van de mens, zo duidelijk alsof zij weer voor het eerst door de eeuwigheid waren uitgemeten, - en daarom blijft het in de herinnering’. | |
IIIAls duider van het geheim van het mensengezicht, is de prozadichter Max Picard op zijn best, in zijn ‘Das Menschengesicht’ namelijk. In het menselijk gelaat ziet hij God zelf weerspiegeld. Gods onnaspeurlijkheid, zo zegt hij, wordt in het mensengezicht geopenbaard, zo zichtbaar, als Gods onnaspeurlijkheid zichtbaar is.
‘Gott wollte den Menschen nicht schrecken. Darum erschien er bei ihm auf menschliche Art. So wie ein Freund in das Haus des Freundes kommt: ohne Lärme, kaum wird an die Türe geklopft, man merkt es nicht, dass der Freund auf einmal am Tische sitzt, wie ein Selbstverständlicher, einer, der immer schon da war, - so als Freund des Menschen ist Gott fast unbemerkt und ohne zu schrecken in der Gestalt des Menschen und im Menschengesicht darin. Und wie ein Reicher den Reichtum in seinem Hause zurücklässt, bevor er in das Haus des armen Freundes sich begibt, und wie er dort gering neben dem Geringen sitzt, so hat Gott seine Macht zurückgelassen, ehe er in die menschliche Gestalt sich begab’. | |
[pagina 434]
| |
Een prozagedicht ook dit. Lees bijvoorbeeld zijn beschrijving van het gezicht der Heiligen, zoals die op oude ikonen staan afgebeeld. Met grote scherpzinnigheid weet hij de verandering op bepaalde gezichten psychologisch te verklaren, zoals die op het gezicht van de grote Rus Dostoïevski, van wie een jeugdportret en een later in de portrettengalerij, welke aan dit boek is toegevoegd, voorkomen. Maar ook de moderne discontinuïteit, de opstand tegen Gods plan met deze wereld leest Picard den mensen van het gezicht af.
Zo zijn de geschriften van Max Picard méér dan boeiende tijdsdocumenten: grootse concepties in proza, gedichten op het thema der waarheid, gedachten in het kleed ener poëzie, welke bloeit en treft niet door de kunst van rhythme en rijm, maar door een grootser rhythme, door een grootser rijm, door de overeenstemming namelijk van beelden en gedachten en door de innerlijke bewogenheid ener brandende liefde voor de waarheid, ener sterk innerlijke overtuiging, dat Gods plan met de wereld alle kleinmenselijk gedoe uiteindelijk overwinnen zal. |
|