Roeping. Jaargang 23(1946)– [tijdschrift] Roeping– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 54] [p. 54] Paul Haimon Na-zang Ik zal nog bloemen plaatsen op de schouw, sleedoorns die gij kent, het eerst, in smalle vazen, geurende vlier, en die zich aan 't licht verbazen, de late lelies met een kraag van dauw. Ik zal u kronen; 'k breng uit de landouw nog kruiden, lisschen, van het riet de pluizen, terwijl ik u vertel, hoe jonge valken huizen, en dat soms aan den nacht een reiger trekt in 't blauw. Ik zal van 't land verhalen, die u veel liedren zong, nog veel verzweeg, maar als de nachtegalen jagen met purper in het hart en een scharlaken tong, dan waad ik langs het roer-geril der hagen en in den weemoed van die zilveren dagen puur ik het liefdesvuur dat ons doordrong. Vorige Volgende