Hij is altijd hecht met De Revisor verbonden geweest, als redacteur, medewerker, bestuurslid, columnist. In al die hoedanigheden was hij altijd en vooral ook een vriend. We bedoelen Anthony Mertens die op vier april voorgoed de wereld verliet. Het herseninfarct, dat hem het leven zo zwaar maakte, heeft ervoor gezorgd dat zijn dood uiteindelijk toch een voortijdige was, want wat is tweeënzestig jaar nu helemaal.
Als Anthony Mertens niet las, schreef, lesgaf of uitgaf, verdween hij graag naar de bittertafel waar hij zijn tweede leven begon. Wanneer het uur gevorderd was, ontpopte hij zich als amateurquizmaster die zijn tafelgenoten eindeloos lang triviale vragen kon voorleggen, vaak over sport, en dan vooral voetbal en wielrennen, maar ook over de populaire cultuur van toen. Vreemd genoeg niet over de jaren zeventig en tachtig toen hij naam maakte als wegbereider van het ‘andere schrijven’. ‘Schrijven gaat altijd over de voorwaarden voor het schrijven,’ was toen een van zijn standpunten. Hij praatte naderhand nog maar zelden over die tijd, alsof die hem onverschillig was geworden. De jaren vijftig, toen hij nog leefde met de ‘promesse de bonheur’, is in zijn laatste boek daarentegen wel uitgebreid aan bod gekomen.
De hierboven beschreven Anthony Mertens waren we al enige jaren kwijt, om precies te zijn sinds zijn verwoestende herseninfarct. Ervoor in de plaats kregen we een nieuwe, verbetener Anthony Mertens terug. En een schrijver. Natuurlijk, hij had al honderden stukken geschreven voor onder meer De Groene Amsterdammer en Vrij Nederland, maar daarvan is pas laat een bundeling gemaakt. Jarenlang lag er op het bureau van zijn toenmalige redacteur Erik Menkveld een map te vergelen, waarin hij wat teksten had samengebracht. En hoewel Lezen man!, zoals de bundel uiteindelijk zou gaan heten, veel lezenswaardigs bevatte, werd Anthony Mertens pas echt schrijver met Zwaluwziek, wat je met recht het verslag van zijn wedergeboorte mag noemen. U heeft er in De Revisor getuige van kunnen zijn. Meteen daarna waren er ambitieuze plannen voor een roman. Het liep op niets uit. ‘Ik ben uitgeput’ stond er in het laatste berichtje dat hij de redactie heeft gestuurd. Twee dagen later waren we hem voorgoed kwijt.
De redactie