De Revisor. Jaargang 35(2008)– [tijdschrift] Revisor, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 4] [p. 4] Antjie Krog Twee gedichten Uit de cyclus ‘Onvertaalde teleks’ uit de bundel Beminde Antarktika, 1974. [Origineel] 1. so het ons verby gegaan geëindig asof ons nooit was nie soos vroegskemer saamflonker om die sterkool van die son die pit rokend uitdoof en versmelt in stapels kerse soos wolke die swaels uit trekkende somers skroei en die winter vergaan in 'n bruisende vloed van bloeisels die pyn net 'n kabbeling in my oë - van al my woorde kon ek nie een wakker vind kon nie een die einde met my deurwaak 'n weeklaag swel stom in die bome ons was te min om dood te gaan ons kon net oorgaan verbygaan soos die einde van 'n frase tot jy en tot ek - êrens bo en weg [pagina 5] [p. 5] [Vertaling] 1. zo zijn we voorbijgegaan geëindigd alsof we er nooit waren geweest zoals de vroege schemer samenflonkert om de sterrengloed van de zon de pit rokend uitdooft en versmelt in stapels kaarsen als wolken de zwaluwen verschroeien door voorbijvliegende zomers en de winter vergaat in een bruisende vloed van bloesems de pijn slechts een rimpeling in mijn ogen - van al mijn woorden kon ik er niet een wakker vinden kon er niet een tot het einde toe met mij waken stom zwelt een weeklacht aan in de bomen er was te weinig van ons om dood te gaan we konden alleen overgaan voorbijgaan zoals het einde van een zin tot jij en tot ik - ergens boven en weg [pagina 6] [p. 6] [Origineel] 2. neut jou gestalte in my woord die tentlyn en dieptelood van jou oë (o ek moet altyd oë hê om te sing om die liggaamlike andante te bekoor ek moet altyd oë hê en die loodgroen klarinet) gevleg na die hoë gewels van jou voete jou treurende wenkbroue die kostelike geur van jou palms verpak ek behendig in sypapier met spykertjies toegekap en stuur jou bevrore na die binnelandse mark jy's niks méér werd vanjaar ontrou o ontrou ontrou is ek gemaak altyd stortend van baan na baan vir 'n woordelose seisoen was my liggaam om jou jou liggaam om my jou krag oor my getye maar die verbinding van bowetone het my weer eens uitvibreer sodat ontrou en enkel sak ek nou ruimtes deur [pagina 7] [p. 7] [Vertaling] 2. vlij je gestalte in mijn woord de tentlijn en het dieplood van je ogen (o ik heb altijd ogen nodig om te zingen om het lichamelijke andante te bekoren ik heb altijd ogen nodig en het loodgroene potlood) gevlochten naar de hoge gevels van je voeten je treurende wenkbrauwen de kostelijke geur van je handpalmen verpak ik behendig in zijdepapier met spijkertjes dichtgetimmerd en stuur je ingevroren naar de binnenlandse markt je bent dit jaar niets méér waard ontrouw o ontrouw ontrouw ben ik gemaakt altijd schietend van baan naar baan één woordeloos seizoen was mijn lichaam om jou jouw lichaam om mij jouw kracht over mijn getijden maar door het samengaan van boventonen ben ik weer eens losgeslagen zodat ik nu ontrouw en alleen in vrije val beland Vertaling Robert Dorsman en Jan van der Haar Vorige Volgende