[2007/1 & 2]
van de redactie
Hoewel het niet onmogelijk is dat het land lijdt onder een overvloed aan dichters, is er nooit genoeg poëzie.
In dit eerste nummer van de vierendertigste jaargang van De Revisor, dat verschijnt op Nationale Gedichtendag, wordt de vraag opgeroepen wat we van de poëzie te verwachten hebben. Hier leest u gloednieuw werk van dichters die ons dierbaar zijn. Hier leest u spannende gedichten van gelauwerde poëten en jonge honden. Hier leest u nu al de poëzie die in de toekomst spraakmakend zal worden. De dichters zijn aan het woord en worden vanaf de zijlijn beschouwend toegesproken in enkele barse en dwarse essays. Dit in omvang bescheiden dubbelnummer vol poëzie zal gevolgd worden door een extra dik nummer gewijd aan de schrijver Willem G. van Maanen.
Hoewel het niet onmogelijk is dat het land lijdt onder een overvloed aan woorden, biedt De Revisor de woorden die ertoe doen.