anders wilden of zagen was het ook prima. Wij hebben dan ook van die vrijheid gebruik gemaakt en er een soort van hysterisch kinderliedje van gemaakt. Dat contrast tussen vorm en inhoud versterkt heel extreem het dramatisch effect, die teneur maakt het veel “waarachtiger” en tragischer, het gaat over liefde en dood namelijk. Wij hebben er ons heel goed mee geamuseerd, we hebben een volledig gearrangeerde demo gemaakt! We hebben zelfs kindjes uitgenodigd bij ons in de studio om refreinen mee te zingen.’
Verhelst: ‘Ik ken de muziek van An natuurlijk al wel goed en weet dat ze op het podium tegelijk een breekbaar meisje kan zijn, een furie, een zoetzure heks met een bloedrode glimlach en wat men in Vlaanderen een wreed schone madame noemt. Soms heeft ze iets kinderlijks in zich, wat helemaal het tegenovergestelde is van naïviteit. Je kunt mijn tekst heel somber lezen en dan kan je ervoor kiezen er een begrafenislied van te maken, dat kan ook heel aantrekkelijk zijn, maar juist dat kinderlijke sprak me aan. Ik luisterde laatst weer naar een cd van Charlotte Gainsbourg, die zingt met een klein stemmetje de meest sombere teksten. Ook An is daar briljant in. Die manier gaat wat mij betreft soms dieper dan wat je bijvoorbeeld bij Tindersticks hoort, waar onder de meest zware teksten de zanger ook nog somber klinkt.’
Of dit supervrolijke, kinderlijke liedje hitpotentie heeft dat is nog even afwachten. Verhelst: ‘Ik weet niets van hits, niets van wat de mensen leuk vinden. Als ik op de hitparades afga moeten woorden uit niet meer dan één lettergreep bestaan en liedjes over seks gaan. Nou goed, dat is misschien wat overdreven, maar wat de mensen willen horen: daar heb ik geen idee van, nooit gehad ook.’
Peter Verhelst (links), An Pierlé en Koen Gisen