Menno van Beekum
De toneelkus is echt
In het land van de brave inleidinkjes, in een wereld van vervreemding, doe ik het nodig inleidinkje. We kennen elkaar niet en ik schrijf. Of ik als toneelspeler iets van toneelkussen weet.
De toneelkus is echt, je speelt niet dat je kust, je kust. Je kunt spelen dat je van de ander houdt als je zegt ik hou van jou - je zegt het echt: ik hou van jou. Ondertussen denk je aan iets anders, aan appelmoes, en voel je de aandacht van het publiek.
Dan kus je haar, op de mond, dat is overeengekomen in het repetitielokaal. Je moest wel een grens over, elke aanraking is echt, en zo veel directer dan het uitspreken van een tekst of het richten van de blik.
Volgens afspraak is het een liefdevolle kus, maar je hoeft niet echt van haar te houden. Je kust haar echt, zalmsalade, lippenstift, sigaret, tandpasta (voor ze opging poetste ze nog collegiaal), lichtval.
Dan wordt de kus aperter seksueel, dat leek ons voorstelbaar in de dramatische situatie. We doen alsof we tongzoenen.
De toneeltongzoen hoeft, anders dan de toneelkus, niet echt te zijn. Maar er is een tendens in het hedendaags toneel om de fake van lippengefrommel en kin-op-kin-gedraai te vervangen door daadwerkelijke penetratie.
Het kan, je kunt inmondig elkaars tong met de tong beroeren zonder seksueel opgewonden te zijn.
Voor het beeld. Het levert een echter beeld op. Maar die twee hadden er niet echt zin in, hoorde ik laatst nog een toeschouwer van tongzoenende acteurs zeggen.
Intiem doen om een zo sterk mogelijke suggestie van echtheid te wekken.
Over een zekere grens gaan om de toeschouwer te schokken.
Het is echt wat hier gebeurt!
Ze zitten echt met de tong in elkaars mond, maar lekker vinden ze het niet zo te zien.
In zo'n geval heeft de suggestie niet gewerkt, acteursbedrog faalde.
Waarom men eigenlijk een suggestie van echtheid op het toneel wil is mij een raadsel.