Donderdag
Brief aan de leden van de Diskussie-Club in Los Angeles:
Dank voor uw sympathieke ‘Merry Christmas and a Happy New Year’, en het bericht dat de eerste zitting van uw club aan een bespreking van mijn werk werd gewijd verheugt me zeer. Sta mij toe, waarde Leden, mijn erkentelijkheid te tonen door enkele opmerkingen te maken over de aktiviteit waaraan u zich wijdt, dat wil dus zeggen de kunst van het diskussiëren. Ik zou me met u over deze zaak willen buigen, omdat ik tot mijn leedwezen zie dat de diskussie tot de verschijnselen in de kuituur behoort die ons over het algemeen niets dan vernedering brengen, een vernedering die ik ‘diskwalificerend’ zou willen noemen. Laten we ons afvragen waar dat beschamende gif vandaan komt. Wij gaan een diskussie aan in de mening dat zij uitsluitsel zal geven over wie gelijk heeft en wat de waarheid is - dus stellen we eerst het thema vast, ten tweede zetten we de opvattingen op een rijtje, ten derde zorgen we voor precisie in de formulering en ten vierde voor logika in de betoogtrant. Het resultaat: een toren van Babel, een wirwar van opvattingen, een chaos van woorden, en de waarheid gaat in gepraat ten onder. Maar hoe lang nog zullen wij die professorale, uit de vorige eeuw stammende naïveteit behouden die zegt dat men diskussies kan organiseren? Hebt u bepaalde dingen nog steeds niet begrepen? Moet er nog meer gepraat worden in een door diskussies verziekte wereld om u te doen begrijpen dat praten nooit een brug naar de waarheid is? Wilt u uw duisternis met dit kaarsje verlichten, als vuurtorens niet in staat zijn door deze nacht heen te dringen?
Wanneer ik zeg dat de diskussie tot de ‘diskwalificerende’ verschijnselen behoort, bedoel ik daarmee natuurlijk diskussies over verheven en abstrakte aangelegenheden, want niemand zal zich aan schande of belachelijkheid blootstellen door te debatteren over de verschillende manieren om aardappelsoep klaar te maken. Maar belachelijkheid is niet alleen een gevolg van het feit dat een diskussie niet op de hoogte van haar onderwerp staat - zij ontstaat vooral doordat wij ons aan een bepaalde mystificering schuldig maken, die des te pijnlijker wordt naarmate het onderwerp meer gewicht heeft. Wij doen namelijk tegenover anderen en tegenover onszelf alsof het ons om de waarheid gaat, terwijl in werkelijkheid de waarheid alleen maar voorwendsel is om ons uit te leven in de diskussie, kortom, ons eigen plezier dient. Wanneer u tennist, doet u geen moeite iemand wijs te maken dat het u om iets anders dan het spel gaat - maar wanneer u elkaar argumenten toewerpt, wilt u niet weten dat waarheid, geloof, wereldbeschouwing, ideaal, mensheid of kunst tot speelbal geworden zijn en dat het er eigenlijk alleen om gaat wie wie overwint, wie schittert, wie uitblinkt in het treffen dat de middag zo aangenaam vult.
Dient dus Diskussie de Waarheid, of Waarheid - de Diskussie? Het een zowel als het ander gaat op, en ongetwijfeld verbergt zich in deze dubbelzinnigheid dat ongrijpbare element dat het geheim is van het leven en de kuituur. Maar de sprekende mens moet zich bewust zijn waarom hij spreekt, en wij hoeven maar beschaamd aan dat minder gewichtige aspekt van de diskussie voorbij te gaan, of onze stijl wordt al leugenachtig en zakt in elkaar, met alle daarmee verbonden schande. Personen die, met voorbijzien aan andere mensen, zich uitsluitend op het streven naar Waarheid koncentreren, praten zwaar op de hand en onwerkelijk; hun levenloze betoog is geen bal maar een zaag. Maar zij die de kunst verstaan iemand voor zich in te nemen, voor wie diskussie arbeid en spel tegelijk is, spel voor de arbeid en arbeid voor het spel, die zullen zich niet laten neerdrukken; hun gedachtenwisseling zal vleugels krijgen, zal tintelen van charme, hartstocht en poëzie, en wordt - wat het belangrijkste is - onafhankelijk van het resultaat een triomf. Want zelfs een stommiteit, zelfs een onwaarheid slaat je niet uit het veld als je ermee weet te spelen.
Het lijkt me dat ik hier, bij toeval, het grootste en beslissende geheim van de stijl heb verraden: wij moeten behagen weten te scheppen in het woord. En als de literatuur durft spreken, dan niet omdat zij zeker is van haar waarheid, maar alleen omdat zij zeker is van haar genot. Als ik echter, waarde leden, uw aandacht vraag voor deze eigenschap van de diskussie, dan hierom omdat de wereld dodelijk- en absurd-ernstig is geworden, terwijl onze waarheden, die wij ieder genoegen ontzeggen, zich al te zeer vervelen en, uit wraak, ons beginnen te vervelen. Wij vergeten dat de mens er niet alleen is om een ander mens te overtuigen, maar ook om hem voor zich te winnen, hem naar zich toe te trekken, hem te verleiden, te betoveren, te bezitten. Waarheid is niet alleen een kwestie van argumenten - zij is een kwestie van aantrekking, van aantrekkelijkheid. Waarheid wordt niet geboren in een abstrakt toernooi van ideeën, maar in een gevecht van personen. Veroordeeld tot het lezen van een flink aantal boeken die alleen maar vol staan met argumenten, weet ik wat een waarheid is die van de persoon is beroofd: een laboratorium-waarheid. Daarom richt ik me tot u met de oproep: geef de idee in u geen kans ten koste van de persoonlijkheid.
U schrijft dat ik het onderwerp van uw diskussie ben geweest. Nu zou ik u willen vragen: hebt u mijn persoon gerespek-