Reijnsburchs angier-hoff(1641)–Anoniem Reijnsburchs angier-hoff– Auteursrechtvrij Vorige Volgende Der Roo-Angieren Wel-kom aen Noortwijck. DE Lely soet van reuck, ende meer ander Blommen, Die ons na wil en wensch, met desen Mey voortkommen, Die maecken ons verblijt, tot aengenamen lust, So perst, en dwingt de Liefd' mijn Minnaers sonder schrommen, Dat yder een de mondt van mijn uyt Liefden kust: Door Reden, met bewijs, wordt mijn kommer gheblust, Daer ick heb na verlangt, om te sien en te hooren; Al by het Roodt Angier, en Krachtigh Woordt, gherust, Wel-kom Uyt Liefd' bestaen, Lely onder den Dooren. 't Komt uyt den Gheest. Vorige Volgende