Raster. Nieuwe reeks. Jaargang 2004 (nrs. 105-108)
(2004)– [tijdschrift] Raster– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 127]
| |
Pascal Quignard
| |
[pagina 128]
| |
de ontaarding van de taal, de teugelloosheid van tirannieën bemoeilijken de taak van het denken, die erin bestaat dat rijk te doen heersen. Daarom is het denken even moeilijk als zeldzaam.’
***
Het woord dat gewoonlijk wordt vertaald met moeilijk is praeclarus; ofte wel zeer helder, schitterend.Ga naar eind1 Rarus betekent zeldzaam, dun gezaaid. Het denken is even helder als dun gezaaid. Later wilde het woord rarus zeggen: ver uiteen in de ruimte, weinig frequent in de tijd. Het denken is niet even moeilijk als zeldzaam: het is even stralend als dun gezaaid in de loop der eeuwen. Niet omdat het zo zeldzaam is is het denken waardevol; volgens hem is het domweg erg zeldzaam. Benedictus Spinoza noemde de Hollanders ultimi barbarorum, de ergste Barbaren. Hij zei: ‘In leven zijn en levend zijn laten zich onderscheiden.’ Op een dag zei hij in de buurt van het Spui tegen Colerus: ‘Wij worden omvat door het geluk. Dat geluk is begrensd maar we hoeven het niet te laten infiltreren door wat het begrenst.’ Hij schreef: ‘Alleen een hardnekkig bijgeloof verzet zich tegen het smaken van genoegens. Waarom toch zou het gepaster zijn honger en dorst te stillen dan neerslachtigheid te verdrijven? Dit is mijn opvatting hieromtrent en dienovereenkomstig heb ik mij ook voorgenomen te leven. Geen godheid, of wat ander wezen ook, kan zo grimmig zijn zich in mijn machteloosheid en ongemak te verheugen. Integendeel, hoe dieper blijheid wij voelen, tot hoe groter volmaaktheid gaan wij over. Het voegt dus een wijs man, zeg ik, zich te goed te doen aan aangename spijs en bedwelmende drank, aan reukwaters voor de neus, aan lieflijke planten en bloemen voor de blik, aan sieraden die licht toevoegen aan de stoffen die ons beschermen, aan muziek voor het oor, aan behendigheidsspelen en liefkozingen ter oefening van het lichaam en de verschillende lichaamsdelen, aan toneelvoorstellingen en dergelijke zaken waarvan eenieder gebruik kan maken zonder een ander te schaden.’ Hij las graag, niet alleen omdat die bezigheid de geest doet trillen of beven, maar ook omdat het lichaam dan in een meer in elkaar gedoken en oudere houding wordt teruggeplaatst, waarin het herstel vindt.
***
Op een dag verhuisde hij naar een ander adres in Den Haag. Hij was in het bezit van een kleine ommuurde tuin achter zijn huis. In 1667 schilderden Rembrandt en Vermeer. Hijzelf had ook schilderen geleerd en was ermee opgehouden. Hij schreef een postuum boek, de Ethica. Het is de mooiste en gelukkigste onzichtbare schildering die de wereld van zichzelf heeft | |
[pagina 129]
| |
gegeven. In die jaren herlas hij het 's avonds wel eens. Hij had het opgeborgen in een kleine secretaire. Hij leed aan chronische slapeloosheid, die hij door te lezen had omgezet in geluk. Blijheid was hem zo lief. Om drie uur in de ochtend doofde hij de lont en rustte wat, in afwachting van de dageraad. Wanneer hij bij dat punt stilstaat, citeert Kortholt Seneca's uitspraak: ‘Hier ligt Vatia begraven’.Ga naar eind2
Uit: Petits traités I, Gallimard, 1990: IIe Traité, pp. 35-41.
VERTALING: ROKUS HOFSTEDE (Met dank aan Henri Krop) |
|