het wonderlijke was dat terwijl ik welbewust zat te wachten op de betovering, ze ook elke keer weer kwam. Ellen had de geheimzinnige kwaliteit om in elke ruimte, in elke diffuse omgeving te functioneren als kern, die het geheel opeens samenhangend maakte. Krachtproeven waren haar eenzame verschijningen op de lege tonelen van Carré en de Amsterdamse Stadsschouwburg, waar alle decors tot aan de brokkelige baksteenachterwand waren opgetrokken. Als enige muziek diende dan de Gymnopédies van Satie, gespeeld zoals Reinbert de Leeuw toen net ontdekte dat de enige en absolute manier is; heel langzaam, de precieze spanningsbogen vangend tussen de enkele noten. De mooiste Pas de Deux, dans en muziek, die ik ooit heb meegemaakt.
Koert had Ellen leren kennen in Amerika, waar hij op een beurs studeerde bij uiteenlopende avant-gardistische dansers. Hoe weinig hij zelf in het klassieke danspatroon paste valt af te leiden uit het feit dat hij zijn broodnodige bijverdienste veroverde door sjouwersdiensten te verrichten in de haven van New York.
Belangrijke inspiratie vond hij in de muziek, maar vooral de ideeën van John Cage. Het via toeval, dobbelstenen of orakelsysteem van de I Ching componeren van onderdelen heeft hem tijdenlang beziggehouden. Ook tijdens de voorstellingen zelf werden belichting, muziek, volgorde van gebeurtenissen vaak bestuurd door het toeval te raadplegen.
In zekere zin is de verhouding theorie/praktijk bij Cage omgekeerd van waarde als die bij de Eigentijdse Dans. Bij Cage aantrekkelijke ideeën (gelukkig meestal in begrijpelijke taal opgeschreven) maar een muziek - althans na een lieve beginperiode - die nergens op lijkt. Dat wil Cage juist, maar het blijkt een onoverwinnelijke barrière voor acceptatie. Bij de Eigentijdse Dans, wát ook de theoretische grondslagen waren, en hoe miezerig de praktijk soms leek bij mindere goden en godinnen, was de betovering door Ellen Edinoff volmaakt.
Vaak moest ik tijdens de toenmalige verkenningstochten door moderne kunst me tevreden stellen met intellectuele plezieren en ik bedacht zelf rationalisaties dat mooi vinden, ontroering, meegesleept worden, pas veel later zouden kunnen komen, wanneer de nieuwe ideeën en materialen vaste voet in de hersens zouden hebben veroverd.
Dat bleek niet zo. Belangrijk is alleen het persoonlijk vermogen om