Raam. Jaargang 1969(1969)– [tijdschrift] Raam– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende P.H. Kerssemakers Aan Bruckner De sidderende vlokken dauwen rond een lege fles; een dreun verheft zich op drieëndertig toeren een kolos, belletje-trekkend en klokkeluidend, met omgeslagen kruin, de schoenen kletsend op de naakte papavervelden, bezaaid met trompetten. De oliebolmagnaat zoekt piepend zijn vertier; de krantenjongen fluit, zwellend als een iep. De golven dreunen op 't klavier der diepzee stijgend, hotsend, flitsend als een toegespitste tandenborstel zich verliezend in gedachten, melodieus en boeiend ongeremd. Vorige Volgende