à la Troje over te schrijven. Nee, de eerste regel en de laatste regel vormen de spanning van het gedicht. Als je de ruimte daartussen opvult met stoplappen, ben je een slecht dichter. Weet je de boog gespannen te houden, dan ben je goed. Het blijft systematisch werken. Het moment baart geen gedichten en de alcohol al evenmin.’
Hij heeft een inval: ‘Weet je hoe het volgende boek van Harry Mulisch gaat heten? Het Maagdenbataljon. Hij is toch zo dol op marcherende vrouwen met stenguns? Nee, ik ben niet iemand die koffie drinkt in de Cubaanse ambassade daar, hoe heet-ie, Americain, ironisch genoeg.’
Wat me bij je poëzie is opgevallen: de vorm is traditioneel terwijl de inhoud weinig conventioneel is.
‘Ja, de inhoud is niet conventioneel. En ik ben van plan steeds moeilijker vormen te gaan kiezen. Waar blijft anders het plezier? Ik wil bijvoorbeeld een gedicht maken van 33 rijmende regels die allemaal met A beginnen. De E-legende van Jacob van Lennep, hè, het verhaal dat uitsluitend de E als klinker heeft, daar kan ik een nacht over wakker liggen.’
Hoe moeilijker hoe plezieriger voor jou?
‘Jazeker. Slechts profeten doen anders. Ik ben geen profeet. Ik bejubel geen bebaarde grote leiders en ik klaag ook niet over gebrek aan communicatie.’
Vind je het naar om geïnterviewd te worden?
‘Nee, ik ben er dol op. Ik zou pas gelukkig zijn als de journalisten zich verdrongen voor mijn deur. Nou dan weet je het wel.’
Voel je je een kunstenaar?
‘In de letterlijke betekenis van het woord wel, maar niet in de betekenis die het woord op het ogenblik heeft en helemaal niet op de manier als de dagbladen ons het proberen voor te spiegelen. Ik voel me eerder een volstrekt immoreel wezen.’
Hoe bedoel je dat?
‘Voor mij kan er niet genoeg immoraliteit op de wereld wezen. Het is misschien allemaal iets te rechtlijnig. Ik eh... ben in staat om iemand met de grootste hoffelijkheid te behandelen en de andere dag grof te bejegenen en “te overladen met schande” zoals Piet Paaltjes dat noemt. Maar nooit tramconducteurs want daar heb ik een hekel aan.’
‘En CenA-verkopers,’ lacht Charles.
Wat versta je onder immoraliteit?
‘Zullen we dat tot een afzonderlijk interview bewaren? Wie zou ik zijn dat ik dat in één zin zou kunnen zeggen. Ik moet over alles heel lang nadenken. Dus.
Wat maakt iets dat geschreven is tot literatuur? Wat is literatuur?
Hij steekt zijn armen stokkerig in de lucht: ‘Ik zou het niet weten. Er zijn