Raam. Jaargang 1964-1965

[p. 1]

[Nummer 22]

Jan Elemans
Bericht uit Rome

Rome
is in staat
van concilie alle
vaders zijn
in de eeuwige stad
op alle pleinen
geven de bronnen hoog
op over het enig
waar geloof in alle
tuinen verkondigen
merels Gods lof in
traag vloeiend wel
luidend gregoriaans
tot het gerucht gaat
dat een transalpijns peritus
de bronnen vergiftigd heeft
in elk geval beweerd
dat de romeinse merel
zijn mooiste zomer
heeft gehad.

[p. 2]

 

Rome

 

is in staat

 

van beleg

 

de ganzen van het va-

 

tikaan zijn waak-

 

zaam bij het minste wat

 

een vreemde vader zegt:

 

kan het zijn

 

dat men maarten te

 

weinig heeft gegeven

 

en thomas te

 

veel?

 

En een prelaat

 

van heel ver

 

in heel slecht latijn:

 

kan onder het dragen

 

vooral op een oud en eer-

 

biedwaardig kaal hoofd en

 

door de eeuwen heen

 

een mijter niet mak-

 

kelijk gaan schuiven?

 

Niet veel uiteraard maar

 

het hoeft ook niet

 

veel te zijn want

 

hoge mijters staan al

 

bij geringe deklinatie onder

 

boven heel scheef.

[p. 3]

 

Rome

 

is in staat

 

van beschuldiging zelfs

 

de goedmoedige vaders

 

de pijprokers in bar

 

abba en jona

 

applaudisseren luid

 

in hun moedertaal

 

als een woordvoerder

 

rekalcitrant

 

in rood ter zitting

 

op een paarse dag

 

de jood

 

onder zijn mantel neemt

 

de ongelovige of

 

zelfs de protestant.

 

Later rumor in aula

 

want kuriekardinalen lichten

 

met meerderheidsbesluiten

 

de hogere hand.

 

In deze zwarte week

 

seint een waarnemer

 

over de alpen

 

naar zijn mistig land:

 

het schip van petrus

 

ligt op het droge dokwerkers

 

dichten de naden

 

voorlopig

 

met kaarsvet en osservatores,

 

de oude transatlantieker

 

wordt voor kustvaart bestemd

 

langs het bekende strand

 

van de mare nostrum

 

met admiraal tromp

 

op de brug

[p. 4]

 

de held van worms

 

en dordrecht

 

op twee houten benen

 

met twee glazen ogen

 

de verbeurdverklaarde kijker

 

van galileo in zijn

 

tweede rechterhand.

[p. 5]

 

Rome

 

is in staat

 

van ontbinding

 

een loodzwarte nacht

 

valt op de stad

 

alle vaders slapen

 

een kardinaal droomt

 

een nare droom:

 

1198 mijters verlaten

 

de moerassen

 

om de stad jagen

 

de tiara op en blaffen

 

de hoogwaardigheidsbekleder

 

wakker hij heeft nog nooit

 

zo'n nare droom gehad.

 

Zoals paus jan

 

gaan paulus de grapjes

 

over de onfeilbaarheid

 

bij lange niet af als

 

ook die ene oude

 

vader weer slaapt

 

brandt voor zijn raam

 

nog slechts de lamp:

 

de zwart gemaakte zeer

 

heilige zeer witte man

 

bidt en luistert of niet

 

door het nachtelijk ruisen

 

der bronnen heen

 

des Heiligen Geestes

 

GODSPRAAK

 

wordt gehoord.

[p. 6]

 

Rome

 

is in alle staten

 

radio vatikana

 

is uit de lucht kurie-

 

kardinalen lopen met gif

 

onder de stenen

 

van hun zegelring

 

zwitsers zijn gedrost

 

hardnekkig het gerucht

 

dat de paus in een geelwitte

 

helikopter is gevlucht

 

in wallstreet

 

brokkelt de sint

 

pieterspenning

 

met de

 

dag meer

 

af.