Raam. Jaargang 1963-1964(1963-1964)– [tijdschrift] Raam– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 50] [p. 50] Ted Joans Gedicht van een hipster De hipster is een homo sapiens de hipster scheurde zich los van zijn moeders schoot op de dag van zijn geboorte de hipster swingt de hipster is noch volgeling noch leider hij gelooft in zichzelf de hipster is een minnaar hij versiert een rotmeid omdat ook zij wel iets te geven heeft de hipster buit uit de burgers de hipster vermomt zich tussen de burgers en gaat zijn gang de hipster heeft altijd de oorlog gehaat de hipster heeft nooit zijn medemens vernietigd de hipster houdt van jazz de hipster onderhoudt jazzmusici, jazz is zijn muze en zijn inspiratie de hipster staat bekend om zijn verschijning de hipster stelt het voorbeeld of hij nu tien costuums bezit of alleen maar een trui die slobbert [pagina 51] [p. 51] de hipster is altijd bezonnen de hipster is nooit koud; en zo is hij een bezielde met een hart als van donker goud de hipster is een dromer uit een bovenwerkelijke werkelijkheid de hipster is een kunstenaar de hipster schept met zijn camera, zijn handen, zijn verf, zijn gedicht zijn zak met snoepgoed draagt een eigen stempel de hipster is een ziener de hipster gelooft in vandaag en vannacht maar morgen en gisteren zijn voor hem onbekenden de hipster kent het spel en weet wat zich afspeelt de hipster weet het wapen der liefde op te nemen tegen de burger en doet dat ook de hipster houdt van een goed leven hij is een dankbaar ontvanger nu en dan een gulle gever de hipster omgeeft zichzelf met kleine dingen die hem glans verlenen de hipster is een figuur die weet dat schoppen aas een zwarte rol speelt in het kaartspel de hipster is met zijn geest verwikkeld in het bestaan er is voor hem geen nieuw begin de hipster is altijd op weg naar een waarheid de hipster houdt van een kunst die schept en raapt bijeen alle bruikbare kennis de hipster is een zwerver de hipster zwerft rond in het bed van je moeder vandaag en morgen in Londen en in Timboektoe de week daarop de wereld is zijn volkomen thuis en dus zwerft hij [pagina 52] [p. 52] de hipster is een prachtmens gek gemaakt in een moderne en gesaneerde wereld de hipster is geen buitenstaander hij is de ingewijde is dit altijd geweest de hipster is volkomen zichzelf en niet meer de hipster aanbidt niet de automobiel, de televisie, het huis de vlag, het geld, de zaak, het w.c. papier, de kerk, de telefoon, het vliegtuig, de borrel, de vuinisemmer het braaksel, de motorboot, de bokshandschoen, de diamanten armband, de gouden tand, de onbreekbare schoenveter, de wasmachine, en dwarse advertenties die zijn geest met stofzuiger te lijf willen gaan Nee de hipster staat aan gindse zijde van heel dit materiële spul en gedoe de hipster is hij die hij is en is daar waar de wijze onder de burgers zou willen zijn de hipster is en zal altijd zijn de vertegenwoordiging van afroamerikana en zo een hipster is.... IK (vertaling Jan Hofstah) [pagina 53] [p. 53] And she wore klompen I came not by KLM from New York nor by the canal boats from Paris But I came, when she came... and she wore klompen We did come... here... there... and yonder together we did go on, even though there was the blue stormy weather and she wore klompen she held her breath when I zipped up the zipper ...on her dress and my red... white and blue fly... after the ball and all because she wore klompen and now I lay her down to sleep in an old cheese factory where skeletons of heavy duty pink bicycles lay nude dreaming of Peter Stuyvesant's phallic leg that once raped a Bronx Indian maiden and this Dutch miss, that I met (in Reynders I forget) and all because she wore KLOMPEN Vorige Volgende