| |
| |
| |
Register op jaargang 6 (1999)
I Register van artikelen
Dalen-Oskam, Karina van, Jacob van Maerlants ‘Rijmbijbel’ en het Luikse ‘Leven van Jezus’, 147-165. |
Heene, Katrien, Ad sanguinis effusionem. Automutilatie en gender in middeleeuwse heiligenlevens, 1-22. |
Hollander, August den, Het Luikse ‘Leven van Jezus’. Een Nederlandse evangeliënharmonie uit de dertiende eeuw, 99-111. |
Hollander, August den, en Ulrich Schmid, Middeleeuwse bronnen van het Luikse ‘Leven van Jezus’, 127-146. |
Kienhorst, Hans, Een reis zonder wederkeer. Opmerkelijke notities in handschrift Oxford, Bodleian Library, Can. misc. 278, 53-70. |
Kwakkel, E., Ouderdom en genese van de veertiende-eeuwse Hadewijch-handschriften, 23-40. |
Kwakkel, E., Nieuwe fragmenten in een oude traditie. Utrecht Catharijneconvent BMH Sj fragm h 70 en de overlevering van de Middelnederlandse evangeliën-(harmonie), 166-190. |
Reynaert, J., De verborgen zijde van de middeleeuwse kopiist. Over de functie en de samenstelling van het Geraardsbergse handschrift, 41-52. |
Warnar, Geert, ‘Die donkerheit vercleren’. Over de literairhistorische achtergronden van de Middelnederlandse evangeliënharmonie, 112-126. |
| |
II Register van recensies
Berg, M.K.A. van den: De Noordnederlandse historiebijbel. Een kritische editie met inleiding en aantekeningen van Hs. Ltk 231 uit de Leidse Universiteitsbibliotheek (Koen Goudriaan), 77-82. |
Dalen-Oskam, Karina van, Studies over Jacob van Maerlants ‘Rijmbijbel’ (Amand Berteloot), 71-74. |
Duinhoven, A.M., Middelnederlandse syntaxis synchroon en diachroon, Deel 1: de naamwoordgroep, Deel 2: de werkwoordgroep (Jack Hoeksema, met een reactie van A.M. Duinhoven), 209-217. |
Duytschen Cathoen, Den, naar de Antwerpse druk van Henrick Eckert van Homberch, met als bijlage de andere redacties van de vroegst bekende Middelnederlandse vertaling der ‘Dicta Catonis’, editie A.M.J. van Buuren (Paul Wackers), 194-197. |
| |
| |
Gouden Legenden, heiligenlevens en heiligenverering in de Nederlanden, redactie Anneke B. Mulder-Bakker en Marijke Carasso-Kok (Werner Williams-Krapp), 197-200. |
Herchert, Gaby, ‘Acker mir mein bestes Feld’, Untersuchungen zu erotischen Liederbuchlieder des späten Mittelalters. Mit Wörterbuch und Textsammlung (Martine de Bruin), 74-76. |
Lanceloet, de Middelnederlandse vertaling van de ‘Lancelot en prose’ overgeleverd in de ‘Lancelotcompilatie’, Pars I (vs. 1-5530, voorafgegaan door de verzen van het Brusselse fragment), met een verantwoording van de editie door W.P. Gerritsen en een beschrijving van de handschriften door Jan Willem Klein (J.P. Gumbert), 191-193. |
Mariken van Nieumeghen & Elckerlijc, zonde, hoop en verlossing in de late Middeleeuwen, vertaald door Willem Wilmink, met een inleiding en een teksteditie door Bart Ramakers (Elsa Strietman), 86-89. |
Salighe ende schoone hystorie vanden strijde des lants van Spaengiën, Die, een Middelnederlandse vertaling van de Kroniek van Pseudo-Turpijn in ‘Die alder excellenste cronyke van Brabant’. Teksteditie bezorgd door Jaap Tigelaar (Wim van Anrooij), 204-208. |
Schlusemann, Rita, en Paul Wackers (red.): Die spätmittelalterliche Rezeption niederländischer Literatur im deutschen Sprachgebiet (Ulrike Zellmann), 89-96. |
Stooker, K., en Th. Verbeij, Collecties op orde, Middelnederlandse handschriften uit kloosters en semi-religieuze instellingen in de Nederlanden (E. Kwakkel), 82-86. |
Zeebout, Ambrosius, Tvoyage van Mher Joos van Ghistele, uitgegeven met inleiding, aantekeningen en een onderzoek naar de bronnen door R.J.G.A.A. Gaspar (Janny Schenkel), 201-204. |
| |
III Register van recensenten
Anrooij, Wim van, 204-208. |
Berteloot, Amand, 71-74. |
Bruin, Martine de, 74-76. |
Duinhoven, A.M., 213-217. |
Goudriaan, Koen, 77-82. |
Gumbert, J.P., 191-193. |
Hoeksema, Jack, 209-213. |
Kwakkel, E., 82-86. |
Schenkel, Janny, 203-206. |
Strietman, Elsa, 86-89. |
Wackers, Paul, 194-197. |
Williams-Krapp, Werner, 197-200. |
Zellmann, Ulrike, 89-96. |
|
|