Inleiding tot het thema
De rol van grammatica in het onderwijs van het Nederlands
Voor de eerste dag van ons colloquium hebben we een onderwerp gekozen, waarover vaak gesproken wordt: de rol van grammatica in het onderwijs van het Nederlands. De volgende vragen rijzen dan: Moet de taalverwerver grammaticaregels leren en oefenen? Kan hij die regels dan later ook toepassen bij het spreken? Hoeveel tijd is er nodig voor het grammaticaonderwijs? Is de wijze belangrijk, waarop men de regels krijgt aangeboden? Is expliciet grammaticaonderwijs noodzakelijk?
Deze vragen houden zowel docenten als studenten bezig. Maar ook de taalkundigen die meer in theoretische vragen zijn geïnteresseerd, willen weten, welke problemen met taalverwerving verbonden zijn.
In de loop der tijd zijn er verschillende methoden en benaderingen geformuleerd en toegepast, bv. de audiolinguale taalmethode, waarbij het verwerven van een nieuwe taal werd beschouwd als het leren van een juiste respons op een bepaalde stimulus, en met de zogenaamde substitution drills die bestonden uit het herhalen van complete zinnen. Verder zijn de grammaticavertaalmethode, de cognitieve methode en de z.g. communicatieve methode bekend.
Linguïstische kennis, dat wil zeggen syntactische, morfologische en fonologische kennis, krijgt in die verschillende benaderingen ook een verschillende mate van aandacht.
In een van de grammatica's voor anderstaligen heb ik eens een Chinees spreekwoord gelezen: ‘Zelfs de hoogste torens beginnen aan de grond’. Dit spreekwoord is mijns inziens van toepassing op het gebouw van een taal. Eerst moet een goede basis gelegd worden en daarop kan men dan bouwen en kijken hoe ver men komt.
Het onderwerp ‘grammatica in het taalverwervingproces’ is een onderwerp waarover al tientallen analyses en studies zijn gepubliceerd. Daarom was ik eerst een beetje bang dat zo'n relatief afgezaagd onderwerp geen passend thema voor ons colloquium zou zijn.
Maar gelukkig droegen tijdens de voorbereiding van het congres de collega neerlandici interessante onderwerpen aan. De verschillende invalshoeken, evenals de resultaten van het onderzoek naar de rol van grammaticaonderwijs en naar het effect van de uitleg van de grammaticaregels, die behaald werden door docenten - zowel moedertaalsprekers als nietmoedertaalsprekers van het Nederlands - vormen een bijzonder breed spectrum van meningen en wetenschappelijke benaderingen.
We hebben naar lezingen geluisterd over problemen van het onderwijs van fonetiek, schrijfvaardigheid, tekststructuur en ook een uitleg over een nieuwe, progressieve communicatieve methode van het vreemdetalenonderwijs.