(afd. Tsjechisch voor buitenlanders). Aan de UvA is hij sinds eind jaren zeventig verbonden als docent Tsjechische literatuur. Naast wetenschappelijk en publicitair werk, resulterend in artikelen voor vak- en algemenere tijdschriften, lezingen e.d., houdt hij zich bezig met het vertalen van Tsjechische literatuur in het Nederlands (Vaculík, Gruša, Ivan Klíma, Weil, Havel, Škvorecký e.a.), waarvoor hij ook prijzen ontving (Aleida Schotprijs, Nijhoffprijs). Vanaf het begin van de jaren tachtig vertaalt hij hoofdzakelijk werk van Bohumil Hrabal.
Prof. dr. Lut Missinne is hoogleraar Moderne Niederländische Literatur aan de Westfälischen Wilhelms-Universität in Münster. Zij houdt zich bezig met de literatuur van het interbellum, Vlaamse en Nederlandse auteurs na 1945, vertaalwetenschap, poëtica-onderzoek en autobiografisch schrijven. Recente titels van haar hand zijn onder andere Guido Gezelle, Zehn Zeilen und ein Zauberschlag. Guido Gezelle (1830-1899), Priester, Lehrer und Dichter (met Loek Geeraedts, 2000) en Albert Vigoleis Thelen. Mittler zwischen Sprachen und Kulturen (met Heinz Eickmans, 2005).
Prof. dr. hab. Jan Pekelder is syntacticus. Hij studeerde Nederlands, Frans en Algemene Taalwetenschap te Leiden, Straatsburg en Parijs. Hij promoveerde in 1992 aan de Université Catholique de Louvain op de interne structuur van de NP. In 1999 habiliteerde hij aan de Université de Paris-Sorbonne op constituentenvolgorde. Sinds 2000 is hij hoogleraar synchrone taalkunde aan de laatste universiteit.
Dr. Kris Steyaert promoveerde in 2001 aan het University College London met een proefschrift over Willem Kloos en P.B. Shelley. Hij doceert Nederlandse letterkunde aan de Université de Liège en publiceert voornamelijk op het gebied van de Engelse romantiek, de negentiende-eeuwse letterkunde in het algemeen en de Beweging van Tachtig in het bijzonder.
Dr. Dorothee Sturkenboom is historica en sinds 2003 als onderzoeker verbonden aan de Vrije Universiteit van Amsterdam. Zij is de auteur van Spectators van hartstocht. Sekse en emotionele cultuur in de achttiende eeuw (1988) en van De elektrieke kus. Over vrouwen, fysica en vriendschap in de achttiende en negentiende eeuw (2004). Momenteel houdt ze zich bezig met de vraag hoe Nederlanderschap en koopmanschap in collectieve beeldvormingsprocessen van de vroegmoderne tijd met elkaar verbonden zijn geraakt. Ze maakt daarvoor gebruik van uiteenlopende bronnen waaronder ook letterkundige.
Dr. Marketa Škrlantová studeerde germaanse filologie - Nederlands/Duits, specialisatie tolk en vertaler aan de filosofische faculteit van de Comeniusuniversiteit in Bratislava. Het laatste jaar van haar studie bracht ze op