Bloemlezing 12e-16e eeuw
Gerrit Komrij liet zich in de roes van zijn succes-tournee langs boekhandels en zendgemachtigden verleiden tot de volgende uitspraak. ‘Ja, als je het aan Neerlandici moet overlaten, dan gebeurt er nooit wat; die hebben het te druk met vergaderen.’ Ondertussen is duidelijk dat Komrij zonder die Neerlandici nooit deze bloemlezing had kunnen maken. Zij hebben het materiaal verzameld, waaruit hij 10% heeft gekozen, met behulp van het toverstafje van zijn poëtica. Dat gaat zo: Komrij legt het stafje op een gedicht en als het stafje zwelt, mag het gedicht in zijn boek.
Van Oostrom en Pley hebben nota bene bij dezelfde uitgever veel eerder een bloemlezing aangeboden van 150 bladzijden, maar die was te dik! Er moesten 50 bladzijden wegvallen. Nu is de bloemlezing 1264 bladzijden dik. Nu staat er Komrij op. Komrij deed zijn uitspraak in dat belachelijke programma met Martin Ros, Ik heb al een boek. Ros vond het ook enig, dat over die Neerlandici. Lekker lachen tussen de scheve kasten en de stapeltjes boeken, waartussen af en toe een schrijver zijn kop mag laten zien en een paar zinnen mag uitspreken.
Ondertussen is nog meer duidelijk. Dat we het nog jaren en jaren moeten doen met Komrij's toverstafje, niet alleen met betrekking tot de middelnederlandse poëzie, maar ook tot de latere en de moderne. Veel Warren, weinig Kouwenaar.
Van de 1264 bladzijden middeleeuwen gaat driekwart naar de rederijkers. Ja, dat kun je verwachten van de dichter die dol is op toneeljurken en andere maskerades, veinzerijen en hoerige bekentenissen. Wiens hart pas gaat kloppen bij woorden die stram in de houding staan, overzichtelijk en leuk. Vooral niet diepzinnig, want daar heeft hij een broertje dood aan. Poëzie moet het liefst nergens over gaan, niet over liefde, dood of verlangen en zeker niet over het verlangen naar ontroostbaarheid, dat is allemaal maar onzin. Het is in orde als de dichter er de gek mee steekt, zeker als het technisch ook nog klopt. Ik vind het prima, want Komrij heeft ook nog smaak, maar het wordt minder leuk als de uitgevers denken: zo, de komende twintig jaar hoeven we geen bloemlezing meer van de Nederlandstalige lyriek.
Remco Ekkers