den de officiële verklaringen voor de sterfgevallen in gevangenschap op ingenieuze wijze ontrafeld.
De vernedering wordt de bron tot verzet, het gedicht een oproep tot opstand: ‘Say No, Black Woman / Say No / When they give you a back seat / in the liberation wagon / Say No / Yes Black Woman / a Big NO’ klinkt het in Gcina Mliope's ‘Say No’. De revolte van de zwarte massa en vooral van de jeugd moet uiteindelijk uitlopen op de overwinning: ‘die stormtroepe is in die strate / die seuns dra spiese / / die stormtroepe is ontman in die strate / die meisies dra spiese / / die stormtroepe is gekerker / die kinders is in die strate’.
In sommige gedichten zoals in ‘this city’ en ‘One small boy longs for summer’ is de toon eerder melancholisch, in andere zoals ‘Pigeons at the Oppenheimer Park’ lichtvoetig en spottend. Doorgaans echter is de stemming somber. Deze poëzie is een wanhoopskreet en daarom is de vormgeving even verscheurd als de inhoud. Hier is er geen plaats voor gedichten met franjes. In de vrije versvorm zonder rijmopsmuk, met de herhaling als belangrijkste structuurelement, wordt de rauwheid van het leven gevangen en daardoor misschien enigszins bezworen. Aan de emotionele intensiteit van deze poëzie is niet te ontkomen. O nag, kom gou, bly weg! is een aangrijpende bundel, onverbiddelijk in zijn directheid.
Door zijn rol als aanklager heeft de schrijver een belangrijke taak in de ‘struggle’, de strijd tegen de apartheid. Daarvoor heeft hij een grote tol moeten betalen. Een aantal van de opgenomen schrijvers hebben in de gevangenis gezeten. ‘On the island’, een verwijzing naar het beruchte Robbeneiland, van Dennis Brutus en Jeremy Cronins ‘A person is a person because of other people’ geven die ervaring weer. Sommigen leven in ballingschap, anderen werden het slachtoffer van de censuur. Ondanks de gevaren hebben zij in hun gedichten hun idealen uitgedragen. Bovendien dateren deze inzet en bekommernis niet uitsluitend van de laatste jaren. Zo schrijft Ingrid Jonker reeds in 1963: ‘Die kind lig sy vuiste teen sy vader / in die optog van die generasies / wat Afrika skreeu skreeu die geur / van geregtigheid en bloed / in de strate van sy gewapende trots’. De bundel bestrijkt verschillende decennia en daardoor is het alleen jammer dat de jongeren minder aan bod kunnen komen.
O nag, kom gou, bly weg!. De Geus, Breda, 105 p., fl. 9,90; 198 fr.