geerd is. Maar The flat vormt hierop weer een uitzondering. Het is een politieke allegorie van een doorsnee burger die letterlijk gevangen zit in en belaagd wordt door en uiteindelijk ten ondergaat aan zijn eigen omgeving. Hier is niets fantastisch aan. We zitten samen met de man gevangen in een kamer met een achterlijk bed, een weerzinwekkend bord soep, een labiele lamp, een hard gekookt ei en enkele sadistische, onverbiddelijke muren. De man kwijnt weg, we huilen mee terwijl we paranoïde om ons heen kijken en onze eigen veilige thuishaven met groeiend wantrouwen aanschouwen. En onderwijl lachen we ons kapot. (Michael, alstublieft, ga die film zien.)
Beste Erik, wat kan ik zeggen? Al vele jaren publiceer ik met regelmaat verhalen in jouw mooie tijdschrift. Ik heb de groei en bloei van Passionate mee mogen maken. Een luguber detail: naarmate Passionate meer en meer volwassen werd wilde je minder werk van me ontvangen. Mogelijk omdat mijn vele publicaties de weerzin van de lezer op zou kunnen roepen. (Niet voor niets noemde een recensent in het tijdschrift Schoon Schip mij ooit een plaag en een veelschrijver.) Ik vind niet dat een mens zelf zijn positie in de maatschappij en in de literatuur mag bepalen. Ik ga je dus niet zeggen wat ik ben. Misschien ben ik het grootste talent in het tweede schrijvers circuit in de afgelopen 743 jaar. Misschien ben ik slechts een worm, een nietige kakkerlak die wanhopig door het stof kruipt op zoek naar aandacht. Maar daar gaat het niet om. Wat ik wil zeggen is dit. Met mijn inzendingen heb ik je nooit willen teleurstellen. Daarin heb ik nu hopeloos gefaald. Dit is waarschijnlijk het slechtste wat je ooit onder ogen is gekomen. Het is larmoyant, wars van respect voor structuur, volstrekt ongenuanceerd, idolaat-nihilistisch en absoluut anemisch. Ik heb zelfs geen fatsoenlijke titel kunnen bedenken. Maar de reden waarom ik het lef heb dit ter publicatie aan te bieden is eenvoudigweg omdat ik vind dat dit recht uit het hart komt. Als mijn prozaïstisch gemie-reneuk ooit een kern van noodzaak bezat dan is dat nu, hier, met deze woorden die ik met een voorovergebogen hoofd tot jou richt. Mijn integerheid kent ditmaal geen grenzen. En dat kan echt niet gezegd worden van het gros van de Nederlandse Literatuur, met al hun Prijzen der Meesterschap en Staats-gesubsidieerde beurzen. (Dit kan ik rustig zeggen. Ik ben jarenlang door de RIAGG behandeld wegens Grootheidswaanzin - helaas, de therapieën zijn allen faliekant mislukt.)
Erik, vergeef mij en hoor mij aan. Mijn bedoelingen zijn oprecht. Ik vraag niet om complimentjes. Ik wil slechts de mensheid bekendmaken met het zeldzame talent van Michael Dudok de Wit. Ik wil dat de gave van mijn getergde vriend Waheed erkend wordt. Ik wil dat God himself beseft wat mij roert. En dan nu een minuutje stilte graag.
P.S. Ik wed dat niemand zich aan dat minuutje heeft gehouden. Het zij ze vergeven, ik schrijf ook zo meeslepend.
Even voor de goede orde nog: Voor meer info omtrent het werk van Dudok de Wit kun je je wenden tot Het Nederlands Instituut voor de Animatiefilm te Tilburg. Het Instituut heeft geen openbare functie maar op afspraak kan men de videotheek aldaar bezoeken. Het NIAF heeft overigens de rechten van De monnik en de vis dus kan men de film via Internet op VHS bestellen. Kosten: slechts een miezerige 30 gulden.
‘Atonale’ van W.F. Hermans is te vinden in de bundel Moedwil en misverstand, uitgegeven door De Bezige Bij.
Het werk van de gebroeders Quay is verkrijgbaar op 2 dvd's, uiteraard alleen regio 1, voor kwaliteit moet je immers niet in Nederland zijn.
Moskwood Video te Haarlem heeft veel van Jan Svankmajer uitgegeven, helaas zit The flat daar niet bij. Ga hiervoor naar den betere platenboer en vraag de naïeve sul achter de balie of hij voor je de band Svankmajer Volume 1 wilt bestellen. Uitgegeven door Connaisseur Video te Engeland.
Het werk van Yuri Norstein is nergens te vinden. Hemeltergend! De desbetreffende distributeur krijgt binnenkort bezoek aan huis. (In Japan schijnt ergens nog een laserdisk te circuleren maar daar hebben we dus niets aan.) Ik kan je slechts beloven dat als ik ooit bij Zomergasten kom, ik zeker Egeltje in de mist op de lijst zal zetten.
I rest my case.
Erik bedankt.
Michael bedankt.