een geoefend festivalganger. En maak je onverhoopt toch het staartje van een voordracht mee, dan is er nog niets aan de hand. Want je moet wel erg je best doen om die knul daar op het podium te kunnen horen, laat staan dat je zou willen volgen wat hij zegt. Voor een festivalorganisatie zijn dichters tenslotte de ideale entr'acte. Je geeft ze tien minuten en één microfoon en je hebt alle tijd om het podium om te bouwen voor de volgende muziekact. En dat zo'n dichter het festival een extra cultureel (subsidiabel) tintje meegeeft, kan natuurlijk ook geen kwaad.
Later die middag haal je een volledig uitgeput en overdadig geschminkt kind op uit het Harry Potter Schminkparadijs. De hoge zwarte Potterhoed mag hij houden. Eenmaal op de achterbank van je lease-space wagon valt hij meteen in slaap. Als dat maar geen vlekken geeft, denk je nog, maar dat valt gelukkig mee. In de achteruitkijkspiegel zie je hem zitten, de kleine tovenaar, en je lacht. Dit was een wel heel erg cultureel correct festival, zeg. Ze hebben hem in een negerjongetje geschminkt! Als je het er thuis probeert af te wassen, blijk je het verkeerde kind meegenomen te hebben. Iedereen lijkt ook zo op elkaar op die verdomde festivals! Zelfs de kinderen zijn er inwisselbaar.
Een festival waar je in ieder geval niet naartoe bent gegaan, is het Holland Festival. De afgelopen editie bleek zowel een artistieke als een commerciële mislukking. Dat wil zeggen: als je de creativiteit waarmee de bezoekersaantallen kunstmatig zijn opgekrikt niet meetelt. Want bezoekers van ‘Amsterdam Roots’ of toevallige passanten van één van de vier openluchtprojecties van de Nederlandse Opera zijn voor het gemak van de organisatie ook meegerekend. Het Roots Festival? Blijk je toch een HF-ganger te zijn geweest!
En wat adviseert de Raad van Cultuur na alle kritiek op de autistische festivalprogrammering? Zij adviseert een verdrievoudiging van de subsidie: ‘Doet u maar tien miljoen.’
Om dat geld goed te besteden moeten we eerst naar de bedoelingen van het Holland Festival kijken. Wil men meer bezoekers? In dat geval maakt het budget een revolutionaire invulling van het door Van der Ploeg gepropageerde ‘culturele ondernemerschap’ mogelijk: betaald in plaats van betalend publiek. Geef de mensen honderd gulden voor een avondje experimenteel theater op het kunstgras van de Aren A en je hebt zo een verdubbeling van de bezoekersaantallen te pakken.
Of is de subsidie bedoeld om de reguliere HF-ganger meer kwaliteit te bieden? In dat geval kunnen we het geld het beste besteden aan chartervluchten Amsterdam - Edinburgh. Vervoer die hele hoofdstedelijke culturele elite gewoon naar het dichtstbijzijnde internationaal vermaarde festival. Waarom zelf moeilijke dingen verzinnen als de buren het al jaren beter kunnen?
In Rotterdam gooien ze er aan het einde van het seizoen nog een schepje bovenop. ‘September in Rotterdam’, onder die noemer zet de stad deze maand een culturele eindsprint van zomerse festiviteiten in. Met als uitsmijter op 28 en 29 september Geen Daden Maar Woorden (GDMW), het jaarlijkse letterenfestival van Passionate. Laatste der zomerfestivals, of de eerste herfstshow van het jaar, wat je wilt. Ik weet dat het moeilijk is in deze tijd, met een uitagenda vol verlokkingen, maar houd vooral nog wat festivalfut over voor deze twee literaire bonte avonden. De Rotterdamse Schouwburg wordt dan namelijk het toneel van veel hippe muziek, toneel, cabaret, film, multimedia, cartoons, een battle of mc's, een afterparty en natuurlijk een hele batterij schrijvers en dichters, zoals J.A. Deelder, Ronald Giphart, Esther Gerritsen, Kain (Last Poets), Dimitri Verhulst, Pieter Boskma en Zena Edwards.
Verder zijn er de unieke GDMW-producties: Een filmportret van de Rotterdamse cultschrijver A. Moonen. Of een optreden van de dichter Mustafa Stitou met het balletbedrijf Scapino op muziek van de klankkunstenaars van E.O.G. Of de animatiefilm die Floris Oudshoorn maakt van een verhaal van Charles Bukowski. Leuk voor bij de Bacardi Breezer.
Dit nummer van Passionate is alvast een voorproefje. Een papieren festival, met bijdragen van op GDMW optredende artiesten. Daarnaast een pleidooi van Ruben van Gogh om vooral naar dichters te luisteren. Oren horen nu eenmaal andere poëzie dan onze ogen lezen. Kom dus naar GDMW en leg je oor te luister bij dé literaire popster van dit moment, Menno Wigman. In deze § vind je een artikel over zijn poëzie door Rob Schouten. Lees dat nu eerst, koop daarna Wigmans laatste bundel Zwart als kaviaar en kom dan naar GDMW. Waarom? ‘Omdat,’ zo stelde Wigman onlangs in De Groene Amsterdammer, ‘mijn gedichten vleugels krijgen als ik ze met het juiste publiek deel.’ Die vleugels wil ik horen wieken.