pro-abortus, maar toen in de Verenigde Staten de website van een radicale anti-abortusgroep door de rechter werd verboden, zette Spaink deze zogenaamde Nurembergfiles op haar eigen site.
Buiten Internet is Spaink bekend van haar boek Het strafbare lichaam, waarin ze het begrip orenmaffia introduceerde, de verhalenbundel Stokken en stenen, een gepassioneerde liefdesverklaring aan de taal, en de essaybundel M/V, over bijna alle mogelijke varianten van seksuele identiteit. Ook schrijft ze voor De Groene en Het Parool columns die eveneens zijn te lezen op haar website:
www.xs4all.nl/~kspaink.
Spaink gebruikt Internet vooral om per e-mail te corresponderen en als informatiebron. ‘Ik heb geen vaste pagina's die ik bezoek. Ik houd wel bookmarks bij, maar die bezoek ik slechts wanneer mijn kennis over het onderwerp bijschaving behoeft (of omdat ik simpelweg bijhoud waar de beste fanpagina's van horror, mijn favoriete bandjes, ontsluitingen naar internationale kranten e.d. zich bevinden). Verder gebruik ik vooral
www.deja.com.
En www.altavista.com of http://ragingsearch.altavista.com
- twee eminente zoekmachines. Meestal heb ik binnen vijf minuten gevonden wat ik wilde weten.’
In de bundel Stokken en stenen beschrijft Spaink in het openingsverhaal ‘Autobibliografie’ liefdevol haar overvolle boekenkast. Haar verzameling webpagina's is veel minder uitgebreid. Spaink: ‘Een paar pagina's heb ik gedownload bij wijze van bibliotheek: bijvoorbeeld een vroege versie van
www.goldweb.nl/culinair,
waar allerlei recepten op staan. Meestal dowload ik pagina's die ik als documentatie voor artikelen heb gebruikt, in welk geval de kopie bedoeld is om het artikel “vast” te houden: ik wil niet dat ik zoiets kwijt raak, simpelweg omdat de eigenaar (of het tijdschrift) ze niet langer beschikbaar stelt.’
Veel meer geheugenruimte neemt haar e-mail correspondentie in beslag. Spaink mailt intensief. ‘Om een indruk te geven: in september 2000 heb ik 835 mailtjes ontvangen en gestuurd. Absurd veel, ik weet het...’ Toekomstige literatuurvorsers en biografen zullen aan haar een flinke kluif hebben. De meeste e-mail bewaart Spaink. ‘Waarom? Omdat correspondentie belangrijk voor me is, en omdat ik soms uit mijn meer persoonlijke of inhoudelijke discussies fragmenten kan vissen die relevant zijn voor een verhaal of een boek, maar dat is van ondergeschikt belang. Het bij elkaar houden van mijn contacten, vrienden, gedachten, correspondentie, en de reacties daarop vind ik prettig: deels omdat er een archivaris in mij schuilgaat, deels omdat ik woorden zo belangrijk vind.’ De digitale woorden die Spaink sinds 1994 heeft bewaard beslaan een geheugenruimte van zo'n 205 megabyte. Dat komt overeen met meer dan twintig miljoen woorden.
Cornelis Krul