Passionate. Jaargang 6(1999)– [tijdschrift] Passionate– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 54] [p. 54] Sparagmos Sinds vijf dagen werk ik in een slachthuis tijd speelt hier geen rol. Omdat ik klein van stuk ben en niet erg sterk krijg ik de makkelijkste werkjes: runderkarkassen merken met een stempel en inkt, bloed en darmen wegvegen, de varkens wegen (digitaal)... Vandaag sta ik naast een grote Turkse man, tatoeages op zijn bovenarm. Hij is zijn mes aan het slijpen, veegt het zweet van zijn vettige voorhoofd. Zijn taak is het een diepe inkeping te maken tussen kop en romp. Hij mag de kop niet lossnijden. Waarom sidderen de lichamen zo, vraag ik, leunend tegen een varken. Contractie van de spieren. Zou jij ook doen als ze een stalen pin door jouw hoofd zouden schieten. Ik knik, en ga door met mijn werk, hersenen verwijderen, de grote en de kleine. [pagina 55] [p. 55] Ik ben ik breek de stenen tot zand ik heb mijn mes geslepen ik ben de hand die vergruist ik ben de vuist ik ben het gat in de grond ik ben de doodgraver ik ben het aas ik ben de glasscherf ik ben de open ader ik ben de wond ik ben het snijvlak van de bijl ik ben de spaanders ik heb mijn eigen tijd mijn bloedsomloop onderhuids ik ben de subtekst [pagina 56] [p. 56] De stenen wachten Voor Ernesto in de nis waar je gezicht in bloed geschreven is zal ik knielen en wenen het middaguur begraaft in licht de groene schaduw van het messcherpe blad voor het valt en bloedt na negen kogels werden zijn bruine ogen blauw: hij was dood [pagina 57] [p. 57] Kerkhof Het stormt in de schaduwrijke nacht ik bezoek een joods kerkhof; sterren en stenen dit is mijn droomachtige dronken wat dan ook werkelijkheid en ik denk: te weinig plaats voor zoveel joden ook al zijn ze dood Willem Thies Vorige Volgende