Passionate. Jaargang 5
(1998)– [tijdschrift] Passionate– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 42]
| |
[pagina 43]
| |
Kitsch der tijdLaat ik u allereerst bedanken voor uw reactie. Toch moet mij iets van het hart. In uw brief van 14 januari jl. schrijft u mij dat u van mijn ‘verhaal’ Meer in het bijzonder weinig begrepen heeft. Het is dit onbegrip dat u tot reden maakt van uw afwijzing. Hoe kunt u als literair tijdschrift zoiets nietszeggend als ‘onbegrip’ tot literair criterium verheffen? Vanwaar dit intellectueel dédain, dit quasi-populisme, dit letterkundig machogedrag? U wilt dat er een verhaal wordt verteld. Heeft de twintigste eeuw dan niet plaatsgevonden? Doet u net of het modernisme gewoonweg niet heeft bestaan? U bent in de ban van wat ik de ‘kitsch der tijd’ noem. U denkt zich te bevinden in een ‘fin de siècle’ dat een bepaald soort vermoeidheid veronderstelt waardoor een behoefte aan voorbije vormen opgewekt wordt. Denkt u werkelijk dat het jaar 2000 een waterscheiding der geesten wordt en diepgaand bepalend voor ons cultureel besef? U marcheert voort langs de lijnen van de voortschrijdende tijd zonder ook maar een flauwe notie te hebben van de veranderingen waaraan ons besef van tijd blootstaat. Als u trots bent op uw onbegrip, uw onvermogen tot begrijpen, bent u trots op uw blinde vlek voor artistieke ontwikkelingen die verder voeren dan een netjes afgewerkt verhaal met een begin en een einde en een eventuele conclusie.
Willem van der Velden, Rotterdam | |
ExistentialismeTijdens mijn schrijven voel ik mij zeker. In mijn schrijven kan ik me uiten zoals dat (vaak) niet gevraagd, laat staan gewaardeerd wordt. Zoals waarschijnlijk nu. Ik moet, voornamelijk van mijzelf, blijven schrijven. Je bent wat je doet (om het hele principe van het existentialisme in 5 woorden weer te geven). Niet hoe, maar wat. Als wat ik schrijf iemand raakt gaat het er volgens mij niet om of ik stoned was toen het zichzelf schreef of dat ik het zelf echt heb meegemaakt. Het gaat erom dat de woorden (als het goed is) een persoonlijke betekenis krijgen. Als dat lukt is de rest van ondergeschikt belang. Het wordt gelezen. En dat is een lekker gevoel. Dank jullie daarvoor.
B.C. van der Velde, Vlaardingen | |
OuwelullenpoezieDat de redactie van Passionate vies is van een stuk hoogdraverij bevreemdt mij enigszins aangezien ik haar deze kunst ook menigmaal publiekelijk te berde heb zien brengen. En wanneer het blad de pathos (die zo te lezen ook bijvoorbeeld een Waskowsky niet vreemd was, al zat er mijns inziens meer pathos in zijn levenswijze dan in zijn poëzie) de rug toekeert, doet het uiteraard de eigen naam geen eer aan. Het verkrijgen van de status ‘elitair en saai ouwelullenblad’ (waar er al zoveel van zijn) is, zo ver ik het begrepen heb, niet een streven dat leeft bij de redactie van Passionate. Juist het benaderen van de wat minder belezen en wellicht het jongere deel van potentiële poëziemarkt lijkt mij van belang wanneer Passionate de poëzie opnieuw in de belangstelling wil | |
[pagina 44]
| |
brengen en niet langer wil voortborduren op vergane glorie. Gezapige poëzie met hier en daar een aardige woordspeling, waar bijvoorbeeld de heer Gerrit Komrij zo dol op schijnt te zijn, is er naar mijn gevoel al meer dan genoeg. Dat poëzie in staat is om een meisjeswang te laten blozen of om bloed te laten koken zal misschien niet iedereen beamen maar je kunt allicht proberen met poëzie ergens een snaar te raken. De reactie ‘goh, aardig gevonden’ is niet het hoogst haalbare. Hopelijk wordt mijn betoog door u niet verkeerd opgevat. Ik beticht u niet van het verspreiden van ouwelullenpoëzie of van een samenzwering met de heer Komrij. Niets van dat alles. Alleen komen sommige poëticale ideeën uwerzijds soms niet geheel overeen met de literaire filosofie die u verkondigt. Ik leef dan ook in de overtuiging dat u mijn poging om u de spiegel voor te houden sportief zult opvatten.
Rijn Vogelaar, Rotterdam | |
[pagina 45]
| |
[advertentie] | |
[pagina 46]
| |
[advertentie] | |
[pagina 47]
| |
GEEN DADEN MAAR WOORDEN 1998 / Mustafa Stitou
|
|