Passionate. Jaargang 2(1995)– [tijdschrift] Passionate– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 34] [p. 34] Mijn vader en ik het was hondsvroeg die mooie zomermorgen toen wij broederlijk de waterkant opzochten vergezeld van hengels als meegevoerde reden mijn vader en ik die elkaar nooit mochten je ronde hoofd glansde in de rijzende ochtendzon terwijl je grinnikend weer tevergeefs ophaalde ik viste intussen verwoed in ons verleden dat zo vaak door mijn gedachten maalde je keek instemmend naar het rimpelloze water alsof daar ons wederzijds begrip te lezen was ik volgde je blik keek in een spiegel waarin jij een teken gaf en ik er een las we leken wel vissers van mensen daar aan de kreek jij gereformeerd ouderling ik de verloren zoon maar niet langer gehinderd door een woordenstroom beseften wij dat jij en ik dezelfde waren Giel van Strien Vorige Volgende