Over Multatuli. Delen 26-27
(1991)– [tijdschrift] Over Multatuli– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 59]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Wim Heijnen
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 60]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
opponeert tegen deze ‘dialectische’ benadering en stelt dat vader Douwes Dekker, van professie koopvaardijkapitein, in de sociale verhoudingen van het toenmalige Amsterdam tot ‘de upper middle class, de top van de middengroepen’ behoord heeft.Ga naar voetnoot7 Wij zullen hier de discussie tussen Saks en Van 't Veer niet verder voeren. Wel menen wij een bouwsteen aan de arbitrage ervan te mogen aandragen door publikatie van een tweetal contemporaine documenten betreffende de afwikkeling van de nalatenschap van Multatuli's ouders. Op zijn minst werpen ze nieuw, en vooral nauwkeuriger, licht op de feitelijke financiële staat van huize Douwes Dekker in de periode 1846-1850.Ga naar voetnoot8 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
1846Multatuli's moeder, Sytske Klein, was op 5 mei 1846 op ruim 60-jarige leeftijd komen te overlijden. Haar erfgenamen hebben kort daarop (d.d. 29 november 1846) het woonhuis op de Haarlemmerdijk verkocht, waarschijnlijk met het doel om zo de 59-jarige, nu weduwnaar geworden, alleenstaande koopvaardijkapitein in staat te stellen te gaan rentenieren. Dat een koopvaardijkapitein op die leeftijd zijn fysiek veeleisende maritieme carrière als beëindigd beschouwde, was gebruikelijk. Mèt hem vele van zijn collega's, en dat vaak al op iets eerdere leeftijd. Gewoonlijk hadden zij immers dan reeds hun schapen op het droge. Vader Douwes Dekker kennelijk niet. Deze moest maar liefst eerst zijn woonhuis verkopen om een liquide rentedragend kapitaal te creëren. Naast de beperkte inkomsten uit enige obligaties heeft de opbrengst van die verkoop, t.w. van f 4025,-, hem in zijn nieuwe kwaliteit van rentenier nauwelijks meer dan een uiterst minimaal en kaal bestaan kunnen garanderen. Na de overdracht van zijn woonhuis huurde hij een kamer in de Warmoesstraat (no. 11) bij de winkelier-kleermaker Johannes van Munster. Een deel van zijn overbodige bezittingen (huisraad, kleren en beddegoed) bracht hij onder bij zijn dochter Catharina (Douwes) Dekker, die gehuwd was met de koopvaardijkapitein Cornelis Abrahamsz. Deze zuster van Multatuli overleed - zeer waarschijnlijk ten ten gevolge van de toenmaals nog veelvuldig optredende kraamvrouwenkoorts; immers binnen een maand na de bevalling van een voortijdig geboren zoontje - op 7 december 1849, met achterlating van vier jonge kinderen. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 61]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
(familieadvertenties uit de Amsterdamsche Courant van resp. d.d. 15 nov. 1849, no. 271, p. 3, kol. 4, en d.d. 10 dec. 1849, no. 292, p. 3, kol. 4).
In verband nu met de vastlegging van de rechten van deze vier kinderen in de nalatenschap van hun overleden moeder moest eveneens het aan haar aanbestorven erfdeel in de nalatenschap van haar vooroverleden moeder (en grootmoeder van de kinderen) Sytske Klein bepaald worden. Bij de om die reden plaatsgevonden inventarisatie op 6 maart 1850 (zie bijlage I) werd het totale, onverdeelde bezit van het echtpaar Douwes Dekker-Klein ten tijde van het overlijden in 1846 van de echtgenote getaxeerd op f 7000,- (naar huidige koopkracht omgerekend te waarderen op zo'n f 150.000,-). Voor meer dan de helft werd dit bedrag gevormd door de ingebrachte waarde van het huis op de Haarlemmerdijk (f 4025,-). Verder werden de huisraad en inboedel gewaardeerd op f 1000,-. De rest, een kleine f 2000,-, werd uitgemaakt door enkele buitenlandse obligaties, tesamen f 1600,-, alsmede door een dubieuze wegens haar minder solvabel geachte karakter op slechts 62,5% werd gesteld (f 375,-). Beziet men de omvang van de waarde, de aard en de samenstelling van het bezit van Multatuli's ouders, dan vereist het een zekere dosis goedaardige fantasie om over hun milieu te spreken in termen van upper middle class. ‘Bescheiden burgerij’ (notabene eveneens Van 't VeerGa naar voetnoot9) lijkt hier een beter passende karakterisering. Schril in contrast met dit during a man's lifetime opgebouwde bezit van het echtpaar staat de uitgave die hun, zich in Indische gouvernementskringen bewegende, hoogstrevende zoon Eduard zich terzelfdertijd te Batavia permitteerde: hij stak zich daar tenminste voor f 1323,- dandylike in de kleren en in de schulden.Ga naar voetnoot10 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 62]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
1850(familieadvertenties uit: Algemeen Handelsblad, no. 5821, d.d. 30 juli 1850, p. 3, kol. 2, en no. 5822, d.d. 31 juli 1850, p. 3, kol. 3).
Een half jaar na het overlijden van zijn dochter Catharina overleed, op 25 juli 1850, eveneens vader Douwes Dekker. Wederom werd ten behoeve van de erfgenamen, en wel op 29 juli 1850, een inventaris opgemaakt van de nalatenschap. Dit keer werd ieder object uit de nagelaten boedel stuksgewijs gespecificeerd, beschreven en getaxeerd. Deze boedelbeschrijving biedt dan ook een zeer gedetailleerd beeld van 's mans bezittingen. De totale waarde van de nalatenschap laat zich, indien de daarin voorkomende obligaties worden gewaardeerd naar hun koerswaarde,Ga naar voetnoot11 becijferen op ruim f 9500,- (zie bijlage II). Hiervan was iets minder dan 70% (f 6625,-), meest in de vorm van obligaties en hun opbrengst, onder berusting bij de commissionair en makelaar in effecten Roelof Zondag op de Reguliersgracht. Mede gelet op het feit dat een bed van de erflater bij hem lag opgeslagen, moet deze makelaar een alleszins vertrouwde zaakwaarnemer van vader Douwes Dekker geweest zijn. Naast dit effectenbezit was er f 430,- aan contanten beschikbaar en beliep de waarde van de inboedel ruim f 600,-. Tenslotte nog maakten deel uit van de nalatenschap vier vorderingen, tesamen groot ruim f 1750,- ten laste van bekenden en naaste familieleden wegens door de erflater verstrekte persoonlijke leningen. Een daarvan, ad f 1000,-, was gesteld ten laste van de schoonzoon Cornelis Abrahamsz, en een tweede (ad f 152,27; waarschijnlijk per resto) ten laste van de zoon Eduard. Beschouwen we nog eenmaal het geheel, dan wekt het verwondering dat de totaalwaarde van de nalatenschap in 1850 (f 9500,-) in vergelijking met die van 1846 (f 7000,-), en derhalve in vier jaar tijds, met f 2500,- zou zijn toegenomen. Slimme beleggingen en een naar de inboedel te oordelen sobere en spaarzame levensstijl van de erflater bieden daarvoor geen bevredigende of afdoende verklaring. Wellicht dient men rekening te houden met de omstandigheid dat aangezien een | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 63]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
deel van de getaxeerde waarde in 1846 uitgekeerd diende te worden aan de ervende kleinkinderen Abrahamsz ter voldoening van hun moederlijke erfportie, de familie dat bedrag met opzet minimaal heeft gesteld teneinde de toenmalige weduwnaar over een zo ruim mogelijk (want toch al beperkt) kapitaal te laten beschikken en hem effectief in de gelegenheid te stellen te ‘rentenieren’. Tot slot zij hierbij opgemerkt dat ook het bezit van f 9500,- (thans circa f 200.000,-) het gezin Douwes Dekker niet fundamenteel in een hogere sociale categorie plaatst, of concreter uitgedrukt, optilt tot upper middle class. Hooguit dat de formulering ‘bescheiden’ of kleine burgerij uitgebreid mag worden tot ‘kleine gezeten burgerij’. Welke formulering men ook wil kiezen, voor de zich keizer van Insulinde dromende Eduard gold de materiële staat van het ouderlijk huis in ieder geval niet als de meest ideaal denkbare speling van het lot zijner geboorte.Ga naar voetnoot12 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 64]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Toelichting tot de bijlagenBij de weergave van de tekst van de hiernavolgende notariële akten is de zgn. ‘gemengde’ methode gehanteerd als vastgelegd in de Richtlijnen voor het uitgeven van historische bescheiden, 6e herz. dr. ('s-Gravenhage 1988), opgesteld in opdracht van het Nederlands Historisch Genootschap en de Rijkscommissie voor vaderlandse geschiedenis. Een en ander impliceert o.a.: letterlijke transliteratie, aanpassing naar hedendaags gebruik van hoofdletters en kleine letters, alsmede van interpunctie voorzover de leesbaarheid dit wenselijk maakt, en aanpassing van de indeling van de alinea's voorzover de overzichtelijkheid dit vereist. Doorgehaalde tekstgedeelten worden niet weergegeven (vanzelfsprekend wèl de daarvoor in de plaats getreden gecorrigeerde eindversies). Aangebrachte emendaties van de tekst worden weergegeven met rechte haken [...]. Marginalia die niet in betrekking staan tot de inhoud van de tekst, worden onderaan de tekst in een notabene in samengevatte vorm vermeld. De in de noten verstrekte biografische gegevens betreffende leden van de families Douwes Dekker en (Swart) Abrahamsz zijn (tenzij anders aangegeven) ontleend aan de door Ed. Unger samengestelde genealogie ‘Douwes Dekker’ gepubliceerd in Nederlands's Patriciaat 71 (1987), p. 133-168, alsmede aan het medegedeelde in de V.W., dl. VIII (1954), p. 21-36, en in de biografische aantekeningen die opgenomen zijn achterin de dln. VIII, IX en X (1954, 1956 en 1960) van de V.W. De gebruikte afkortingen G.A. en N.A. staan voor resp.: Gemeentearchief en Notarieel archief. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Bijlage I
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
TekstOp den zesden maart des jaars achttienhonderdvijftig verschenen voor mijn | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 65]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
De Warmoesstraat no. 11 (het middelste huis) op de hoek van het Wijngaardsstraatje.
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 66]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Bruno Tideman,Ga naar voetnoot1 notaris te Amsterdam, in het bijzijn van de natenoemene en mede ondergeteekende getuigen: De Heer Engel Douwes Dekker,Ga naar voetnoot2 oud-koopvaardijkapitein, wonende alhier in de Warmoesstraat; De Weleerwaarde Heer Pieter Douwes Dekker,Ga naar voetnoot3 predikant bij de Doopsgezinde Gemeente aan den Helder, wonende aldaar; De Heer Jan Douwes Dekker,Ga naar voetnoot4 koopvaardijkapitein, wonende thans hier ter stede doch domicilie kiezende bij den Heer Pieter Douwes Dekker voorn.; De genoemde Heer Engel Douwes Dekker, als ten deze gemagtigde van den Heer Eduard Douwes Dekker, ambtenaar in Nederlandsch Oost-Indiën, ingevolge volmagt den negenden december des jaars achttienhonderdzesenveertig voor den secretaris der residentie Bagelen en als zoodanig fungerend als notaris te Poerworidjo verleden en aan deze minute gehecht om met dezelve geregistreerd te worden; De Heer Cornelis Abrahamsz,Ga naar voetnoot5 koopvaardijkapitein, wonende in de Buitenbantammerstraat, vooreerst als in gemeenschap van goederen gehuwd geweest met en sedert den zevenden december des vorigen jaars weduwenaar van vrouwe Catharina DekkerGa naar voetnoot6 en nog als vader en wettige voogd over de minderjarige kinderen door hem in huwelijk met genoemde zijne echtgenoote verwekt, genaamd Catharina - Anna - Sietske en Theodorus Abrahamsz,Ga naar voetnoot7 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 67]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
terwijl hij voor het beschikbare en zijne gemelde kinderen voor het onbeschikbare deel de eenige erfgenamen van genoemde hunne echtgenoot[e] en moeder zijn gebleven ingevolge haar testament den achtsten julij des jaars achttienhonderddrieëndertig voor den notaris Jan Hendrik Clant verleden en nu geregistreerd;Ga naar voetnoot8 En genoemde Heer Pieter Douwes Dekker in betrekking van toezienden voogd over gemelde minderjarigen, daartoe benoemd door den Heer kantonregter in het eerste kanton dezer stad op de achtentwintigsten februarij dezes jaars, Te kennen gevende: Dat de Heer eerste komparant in gemeenschap van goederen is gehuwd geweest met vrouwe Sietske Eeltjes Klein,Ga naar voetnoot9 welke op den vijfden mei des jaars achtienhonderdzesenveertig te Amsterdam is overleden; Dat zij bij haar testament den vierentwintigsten julij des jaars achttienhonderdachttien voor den notaris Reinier Meiijes verleden en geregistreerdGa naar voetnoot10 haren man voor het beschikbare en hare kinderen, zijnde de Heeren komparanten Pieter en Jan Douwes Dekker, de gerepresenteerde Heer Eduard Douwes Dekker en de overledene vrouwe Catharina Dekker, voor het onbeschikbare deel tot erfgenamen naliet; Dat bij haar overlijden al hare kinderen, meerderjarig zijnde, hebben goedgevonden den Heer eersten komparant in het volle bezit des gemeenschappelijken boedels te laten en met hem op den negenden november van het jaar achttienhonderdzesenveertig zijn overgegaan tot den openbaren verkoop van het tot den gemeenschappelijken boedel behorende huis en erve op den Haarlemmerdijk wijk 52, nommer 1509, sectie D, nommer 802, hetwelk verkocht is voor vierduizend vijfentwintig gulden volgens door mij notaris opgemaakt en geregistreerd proces-verbaal;Ga naar voetnoot11 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 68]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Dat geen inventaris is opgemaakt, maar de overledene vrouwe Catharina Dekker bij het vertrek van den Heer eersten komparant naar de Oost-Indiën weinige tijd na het overlijden aanteekening van het een en ander heeft gemaakt, welke gevoegd bij de wetenschap en herinnering van de Heeren komparanten hen in staat stelt bij nadering den gemeenschappelijken boedel voormeld, en dus ook het deel dat de gemelde minderjarigen daarin toekomt, te berekenen; Dat partijen alzoo verklaren, ieder voor zoo verre zijne wetenschap en herinnering ter goeder trouw betreft, [te] meenen dat de gemeenschappelijke boedel van den Heer Engel Douwes Dekker en wijle vrouwe Sietske Klein op haar overlijden heeft bestaan uit:
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 69]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Na deze uiteenzetting van de regten van partijen in deze verklaart de Heer eerste komparant ter goeder trouw niet te geloven dat door deze opgave de belangen der geïnteresseerde minderjarigen worden benadeeld, en, zoo dit vereischt werd, bereid te zijn deze zijne verklaring met ware woorden te bevestigen. De Heeren Pieter Douwes Dekker en Jan Douwes Dekker en de Heer Cornelis Abrahamsz verklaren, voor zoo verre het hun in privé aangaat, te blijven bij de bedoeling dat hun vader en schoonvader gedurende zijn leven in het beheer en het genot van de ouderlijke nalatenschap blijve, ofwel later daaromtrent met hem schikkingen te zullen maken, doch alleen wenschen allen dat de belangen der geïnteresseerde minderjarigen worden geregeld. De Heer eerste komparant verklaart zich bereid eene somma van tweehonderdvijfentwintig gulden in voldoening van het erfdeel zijner kleinkinderen uit het provenu van het verkochte perceel in kontante penningen aan den vader en voogd uit te keeren, gelijk geschied op het passeren dezer. En strekt deze akte alzoo voor en in plaats eener bepaalde boedelbeschrijving, tot het vorderen waarvan de Heer toeziende voogd volgens de wet verpligt was, en alzoo ter zijner decharge in dit opzicht en verder tot eventuele regeling van de belangen der partijen. En hebben zij mij notaris hiervan verzocht akte (approberen de doorhaling op deze zijde van een woord in de derde regel). Verleden in Amsterdam voornoemd ten kantore van mij notaris op de Heeregracht, nommer 505, in het bijzijn van Hendrik Brinkman en Hendricus Engelbertus Rens, beiden zonder beroep en binnen deze stad woonachtig, de eerste in de Reguliersdwarsstraat en de tweede in de Eerste Lindendwarsstraat, als getuigen, mij notaris evenals de komparanten bekend. En hebben de | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 70]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
komparanten, de getuigen en ik notaris deze minute, die in mijne bewaring verblijft, na voorlezing onderteekend.
Geïnsereerd in de bovenstaande akte bevindt zich in het notarisprotocol de grosse van de genoemde akte van procuratie door Eduard Douwes Dekker d.d. 9 december 1846. Zij volgt hier thans.
Op heden woensdag den negenden december des jaars achttienhonderdzesenveertig compareerde voor mij Frederik Nicolaas Nieuwenhuijzen,Ga naar voetnoot12 secretaris der residentie Bagelen en als zoodanig fungerend notaris te Poerworedjo en aldaar residerende in tegenwoordigheid van Gerhardus Daniel van Domburg en Willem Frederik Stekkinger, beiden klerken op het residentiekantoor van Bagelen te Poerworedjo woonachtig, als klerken daartoe verzocht,: de heer Eduard Douwes Dekker, van beroep kommies op het residentiebureau van Bagelen ter dezer plaatse woonachtig, mij notaris en de getuigen bekend, zijnde de comparant een der vier in leven zijnde kinderen van nu wijlen Sietske Eeltjes Klein, op den vijfden mei dezes jaars te Amsterdam overleden, en bij deze door den heer Engel Douwes Dekker in huwelijk verwekt. En verklaarde de comparant tot zijne speciale gemagtigden te benoemen en | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 71]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
aan te stellen bij deze den heer Engel Douwes Dekker, rentenier, wonende te Amsterdam, of in geval van overlijden dan wel absentie van gemelden heer Engel Douwes Dekker den heer Cornelis Abrahamsz Junior, van beroep koopvaardijkapitein, almede te Amsterdam woonachtig, of in geval van overlijden dan wel absentie van de twee eerstgemelden den Weleerwaarden Heer Pieter Douwes Dekker, van beroep predikant bij de Doopsgezinde gemeente te [den] Helder en aldaar woonachtig, aan ieder van welken en in de op elkander volgende order hiervoren bepaald en opgegeven de voornoemde constituant de magt geeft om hem hetzij als erfgenaam hetzij als legataris of in welke andere relatie ook tot den boedel van welmelde nu wijlen zijne moeder Sietske Eeltjes Klein te vertegenwoordigen, mitsgaders zijn regt en intrest waar te nemen, voor te staan en te bevorderen, des noodig alsnog verzegeling te vragen of zich daartegen te verzetten, verzegeling geschied zijnde in de opheffing der zegels te consenteren, visie te nemen van alle testamenten, codicillen en alle verdere papieren, acten en documenten, te procederen en te concurreren tot het maken van behoorlijken staat en inventaris, bij dezelve alle vereischte verklaringen af te leggen, requisitoiren te doen, den boedel zuiver of onder acte van beraad en beneficie van inventaris te aanvaarden dan wel dezelve te verwerpen, ter plaatse waar zulks behoort de daartoe noodige acten uit te brengen, den boedel te helpen vereffenen en tot liquiditeit te brengen, uit te vorderen en te ontvangen al hetgeen zal blijken te competeren, met elk en eeniegelijk over alle openstaande zaken af te rekenen, likwideren en salderen, over te gaan tot den publieken of onderhandschen verkoop van alle roerende en onroerende goederen, fondsen en effecten, tot transport derzelven en ontvangst der kooppenningen, tot het passeren der noodige acten van de-legatie en surrogatie ter betaling van alle schulden en lasten des boedels, tot het opmaken van alle staten mitsgaders memorien, ook voor het regt van successie, het vragen van alle gerekwireerd wordende certificaten en tot de teekening, inlevering en beeediging derzelven, het stellen van alle vereischte borgtogten, na finale vereffening des boedels of staande dezelve te procederen tot alle geheele of gedeeltelijke afgiften en voldoening van besprokene prelegaten en legaten, tot alle zoo provisioneele als finale scheidingen hetzij notarieele of onderhandsch bij dezelve de loten te formeren, dezelven te trekken en te ontvangen en over te nemen al hetgeen zal blijken aan den comparant te competeren, alle overgiften hetzij zuiver of onder den last van vruchtgebruik te doen, coutiën te vragen of daarvan af te zien, administrateuren over usufructuaire kapitalen of in het gemeen blijvende goederen aan te stellen, voor alle ontvangsten en overnemingen te kwiteren, voor alle uitbetalingen en afgiften kwitantie te vragen, ook ter zake - is het nood - in regten te ageren en te procederen tot in executie toe, van de nadeelige vonnissen te appelleren of in cassatie te komen, arresten te doen en wederom te ontslaan, geconsigneerde, genamptiseerde en geëxecuteerde penningen te ligten, cautiën te stellen en de borgen te indemneren, reclames te institueren en te vervolgen of daarvan af te zien, ook in het minnelijke te | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 72]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||
accorderen, transigeren en compromitteren, inschrijvingen te nemen en te consenteren in het roijement der bestaande of genomene inschrijvingen, alle noodige rekwesten te presenteren, benoemingen van taaxateurs, arbiters en andere personen te doen, alle ter zake voorschreven noodige acten aan te gaan, te passeren en teekenen, domicilium te kiezen en wijders generalijk zoo in regten als daarbuiten ter zake voormeld dat alles verder en meerder te doen en te verrigten hetgeen zal worden vereischt, het belang van den comparant zal medebrengen en hij zelve tegenwoordig zijnde zoude kunnen mogen of moeten doen ofschoon ook tot het een of ander eene nadere ampeler of meer speciale lastgeving mogt worden vereischt, welke gehouden wordt voor in deze geïnsereerd; alles met magt van substitutie onder de belofte van goedkeuring, bekrachtiging en verband als naar regten. Waarvan acte. Zullende hiervan worden verleend twee grossen ter verzending. Aldus gedaan en gepasseerd op de dag en datum voorschreven ten kantore van mij notaris in tegenwoordigheid van de hierboven genoemde getuigen, die de minute dezes, welke onder mij notaris blijft berusten, na gedane voorlezing met den komparant en mij notaris hebben onderteekend. De minute dezes is behoorlijk geteekend en geschreven op een gelijk zegel van een halve gulden, wordende deze gros ter verzending verleend. Verleden zonder renvooi of appostil, doch met eene woordverandering, welke in margine is goedgekeurd. Quod attestor.
[w.g.] Nieuwenhuijzen Not0
N.B. In margine, in een superscriptie en in drie subscripties: aantekeningen van de registratie van deze akte, van de betaling wegens het verschuldigde registratierecht en van de legalisatie.
Bijlage 2 (de boedelbeschrijving van Dekkers vader) verschijnt in het volgende nummer. |
|