Michiel van Kempen
In Memoriam Kees van Doorne (1938-2005)
Op 29 maart 2005 overleed in zijn geboortestad Amsterdam Kees van Doorne. Zijn naam zal altijd verbonden blijven met de Suriname-catalogus van de Universiteitsbibliotheek van Amsterdam (UBA). Kees van Doorne werd geboren op 20 april 1938. Hij volgde een bibliothecarisopleiding en werkte van 1967 tot 1988 in de Piersonkamer van de UBA, de afdeling waar de titelbeschrijvingen worden gemaakt. Hij was tevens vakreferent Surinamistiek. Kees was een oude vakman die hield van bibliografische kaarten in eindeloze rijen kaartenbakken. De omslag naar het computertijdperk deed hem geen goed. Er werd een regeling gecreëerd waarbij hij niet meer formeel in dienst was bij de UB, maar nog wel op vrijwillige basis bepaalde diensten kon leveren.
Hij had zich altijd gevormd middels tal van cursussen en zich ook het Sranantongo eigen gemaakt. Tjebbe van Tijen, die zich sterk maakte voor de collectie Documentatie Sociale Bewegingen en die daartoe ook Paramaribo en Cayenne had bezocht, nam het initiatief om te komen tot een project waarbij het unieke bezit aan Surinamica van de UBA zou worden ontsloten. Naar schatting 2000 tot 2500 afzonderlijke uitgaven zouden naar boven worden gehaald en wetenschappelijk beschreven. Ondergetekende werd daartoe in 1991 aangesteld als coördinator. Ik leerde Kees kennen als een loyaal medewerker, een man van zeer brede oriëntatie, die je vaak versteld deed staan van zijn kennis op onverwachte terreinen. Vaak kwam hij met verrassende informatie over het Sranan. Het was voor hemzelf een feest dat hij op het IBS-colloquium van 1994 mocht spreken over het gedicht ‘Dyeme fu Sranan’ van Helman (zie Oso 14-1). Eerder had hij ook al gepubliceerd over Nederlandse leenwoorden in het Sranan in Onze Taal, en in Oso (13-1) over het gedicht ‘Winti dansi’ van Eugène Rellum.
Het Suriname-project van de UBA ging met horten en stoten. Kees zelf verwarde Hermes, de god van de letters, nogal eens met Bacchus, wat zijn productiviteit niet ten goede kwam. Bovendien werd door bezuinigingen aan het einde van 1993 een streep getrokken door het hele budget voor het project. Omdat we inmiddels al op een totaal van 5200 titels zaten, besloten we het project dan maar onbezoldigd af te maken. Zo verscheen in 1995 de Suriname-catalogus van de Universiteitsbibliotheek van Amsterdam met maar liefst 8000 titelbeschrijvingen van werken aanwezig in het hoofdgebouw van de UBA, de 14 faculteitsbibliotheken en de circa 70 instituutsbibliotheken verspreid over Amsterdam. De presentatie van de catalogus ging gepaard met