Opwaartsche Wegen. Jaargang 10(1932-1933)– [tijdschrift] Opwaartsche Wegen– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 324] [p. 324] Simeons lofzang door Muus Jacobse. Vrouw, die het kindje in je armen vlijt En om zijn lichtje ons allen verenigt Heeft éen wit ogenblik voor je bevredigd Al onze pijn, voor nu.... en voor altijd? Vergeet, want aan de poort der ziel verdedigt Een engel met een vlammend zwaard dat snijdt, De doortocht tussen tijd en eeuwigheid, Tot zich in eeuwigheid de tijd ontledigt. O nu wou ik wel doodgaan, want het kind Is mij toch eens geboren. Nu beginnen De droeve dagen van de ouderdom, Wanneer de ogen blind en angstig biddend Niet meer herkennen kunnen spel en mom En Hem doen glimlachen, die feilloos wint. Vorige Volgende