| |
| |
| |
| |
[Tractaat van de excellentste kruyd thee]
Een waarschouwinge voor alle die dit boekje sullen lesen, en daar van oordeelen.
Nog de reputatie, nog 't interest, waarom men Boeken maakt, heeft my geanimeert, om te schrijven dit Tractaat van de Thee, en 't door den druk gemeen te maken.
De lof der menschen, soo mense kan verkrijgen, is niet waardich de moeite van een dach schryvens, en een Christelijke ziel en een Man van studie, en affaires heeft occupatien veel importanter, als te soeken d'approbatien van een kleyn getal van menschen die sich verwaardigen een Boek sonder prejudicie te lesen. Daar is een ander ressort, 't welk een vroom Man doet ageren. Al de boeken die men schrijft syn so veel te meer met dwalingen, en fouten vervuld, als de Autheuren meer ydelheit hebben, om boeken te maken.
De wereld sedert soo weinig Jaren dat de Drukkonst bekend is geweest, sugt onder 't groot getal van Boeken, waar onder na alle apparentie de meeste quaad, of onnut of superfluuw zyn. Hy moet dan weinig compassie hebben, die geen swarigheit maakt, om de wereld nog meerder te vervullen met Boeken van die soort. Maar soo 'er quaade boeken te veel syn, soo syn 'er goede te weinig: 't heyl nogtans van de wereld dependeert van de Boeken, om dat de mondelinge instruetien niet genoeg syn om te remedieren aan de grote onkunde, waar in de meeste menschen leven, selfs van die dingen, die haar met grote schade onbekend zyn. Dat obligeert een yegelijk, die yets ontdekt 't welk onbekend is, en egter behoord geweten te worden, om aanstonds 't selve te beschrijven.
Daer syn 'er die hare Inventien veel eer supprimeren, of se alleen doen dienen tot haar interest: 't syn menschen, die niets beminnen als haar eigen selfs, en die daarom soo ellendig voor haar selven syn, als onnut voor den dienst van anderen. Daar syn veel inventien die openbaar worden, en die beter behoorden begraven te zyn: maar in de Medicyne, die nutte, en nodige Konst, en Wetenschap kan niets
| |
| |
| |
A warning to all who will read this book and judge of it.
Neither reputation nor the love of gain, for which books have been written, have inspired me to write this treatise on tea, and make it public by putting it into print.
Even if one can procure it, the praise of man is not worth the trouble of a day's writing, and a Christian soul and a man of business have much more important work, than seeking the approbation of a small number of people who take the trouble to read a book without prejudice. There is another reason which leads a pious man to act. All the books written by men, are the more filled with mistakes and errors, the more vanity the authors have in writing them.
During the few years that have passed since the art of printing was invented, the world has been burdened with a large number of books, most of which would seem to be bad, useless, or superfluous. He who feels no compunction in filling up the world still more with books of this kind must have little compassion on mankind. But if there are too many bad books there are too few good ones: the welfare of the world depends on books, because oral instruction is not sufficient to remedy the great ignorance in which most people live even of those things ignorance of which brings them harm. This obliges everyone who discovers anything which is unknown, and which ought to be made known, to at once publish a description of it.
There are those, who are more inclined to keep their discoveries secret, or use them only for their own interests: persons who only love themselves, and who are consequently as miserable themselves as they are useless in the service of others, Discoveries have been made which might better have been kept secret, but in the useful and necessary art and science of medicine, nothing can be discovered
| |
| |
| |
gevonden worden, 't welk niet aanstonds verdient, dat men 't publicere, om dat het dienen kan tot het leven en de gesondheyt, boven de welke dat niets is in de lichamelijke wereld, meer onse estime en sorge waardich. Hy moet dan een Goddeloose wezen, die in dese wetenschap yets verbergt, 't welk hy alleen heeft uytgevonden. Ik wil niet seggen, dat men alle remedien aan allen, en in alle Talen moet bekend maken. De menschen hebben grote miserien geleden, en lydense nog, om dat veele Personen de Tractaten van Medicyne in een Taal, en Boeken beschreven hebben, die yeder kan lesen. 't Was wat anders in d'eerste wereld en soo lang de Aarde nog Barbarischer is geweest als nu. 't Was wat anders, doen de Medicine nog niet was een particuliere Professie, of in een tijd, dat haar limiten sich soo verre niet uytstrekten, en dat haar principaalste deel in de Chirurgie bestond, dat men schreef in syn moedertaal. Maar na dat een Medicyn is een publik Minister, dat hy een Caracter heeft, soo is 't een crimen yets van de Medicynen te openbaren aan personen die buyten die rang syn, of die sich daar toe niet prepareren, 't Is een faut groter, en gevaarlijker, als men denkt, Tractaten van Medicynen of te schrijven, of over te setten in een ander taal, als die van de Latynen, die is, blyven moet de gemeene Taal van alle Geleerden, om dat se is het Thresoir van alle oude ende nieuwe geleertheit.
Men moet verfoeyen en sugten over dese quade gewoonte in Duytsland, Vrankrijk, Engeland, Holland en elders. Men behoord uyt consideratie van de schade, die hier de menschen door lyden, met een speciaal Edict te verbieden alle het maken van Boeken die niet nut zyn, als voor Geleerden. Voor wie doch zyn de Boeken van Medicyne, van Chemie, van Anatomie etc. enigsints nut in ons Land, als voor Personen die uyt een ydele curieusheit willen ondersoeken, 't geen sy nog konnen, nog behoorden te weten? Wat maken die Boeken in 't Duyts overgeset anders, als waanwyse menschen, als Quaksalvers, als Apotekers die den Doctor agerende veel eer Moordenaars worden, wat makense als onvolmaakte Chirurgyns, als menschen die met het leven, en de gesondheit spelen?
Want noyt kan yemand uyt al de duytsche boeken, geschreven in de Medicyne, in de Chemie, Pharmacie, Chirurgie, Anatomie etc. sich selven bequaam maken, om een enige sieke wel te handelen. Laaten sy lesen, en herlesen, en roemen op haar wetenschap, haar kennisse is defectueus, en sy temerair, dat sy dorven ondernemen een medi-
| |
| |
| |
that does not deserve being published, because it may be of service to the maintenance of life and health; which is more worthy of our estimination and care than anything else in the material world. He who keeps secret what he alone has discovered in this science must be a Godless creature. I do not affirm that one should make all remedies known to everybody in all languages. People have suffered much and still suffer because of many persons having written treatises and books on medicine in a language which everyone can read. It was different in primitive times when the world was more barbarous than it is now. It was different when medicine was not a private profession, in a time when it did not cover so wide a range and was chiefly concerned with surgery; then one could write in one's own language. But now that the art of medicine has become a public service with a character of its own, it is a crime to reveal things relating to medicine to persons outside its rank and file, or to those who do not prepare themselves for it. It is a greater and more dangerous fault than one would think to write treatises on medicine, or to translate them into any other language than Latin, which is and must remain the common language of all learned people, because it is the treasure-house of all old and new learning.
One must condemn and regret this bad custom in Germany, France, England, Holland and elsewhere. In consideration of the harm which people may thereby suffer, a special edict should be made forbidding the making of books which are of no use except to learned people. To whom are books on medicine, chemistry and anatomy, of service in our country, if not to those who out of vain curiosity investigate what they cannot and ought not to know? What is the effect of the reading of such books translated into Dutch other than that the readers become conceited, quacks or apothecaries acting as doctors rather becoming murderers, what do they make other than imperfect surgeons, other than people who play with life and health?
For no one can fit himself to treat one single disease properly by reading the Dutch books written on medicine, chemistry, pharmacy, surgery and anatomy. Let them read and re-read and pride themselves on their scientific knowledge, but their knowledge is deficient and they are reckless daring to give a medicament, however
| |
| |
| |
cament, hoe gering ook dat het is, te geven aan een enig mensch, en 't is God die in syn regtvaardige Vierschaar haar condemneert, als temeraire, onwetende, onvoorsigtige, en doodslagers, die ook dan qualijk doen, wanneer sy schijnen wel te doen; om dat soo een Patient geneesd door hare Medicynen, dat die geneest by geluk, by hasart, en sonder haar toedoen.
Maar daar syn nog verhandelingen, die men niet alleen mag, maar die men moet doen in een taal, die alle menschen verstaan, om dat dingen syn die geene, die een yegelijk behoord te weten. Van die natuur is dit Tractaat van de Thee: de liefde, die men heeft voor onse Natie en 't geluk dat sy geniet boven d'anderen, om dit Kruyd overvloediger te ontfangen door de negotie van Indien, heeft my bewogen, om aan haar eerst te geven mijn experientien, en gedagten, die ik over 't selve gemaakt hebbe sedert enige jaren. Een Medicyn moet ledig wesen van alle Christelijke Liefde, die verswygen soude die kragten van een Kruyd, 't welk soo veel menschen nut kan zyn. Ik heb dan ondernomen op 't papier te stellen, 't geen ik ondervonden hadde van de Thee, en 't selve in deze forme aan onse Natie mede te deelen, om te zijn een boekje, dat de gene, die nog niet weten de kragten, of alle de kragten van de Thee, dienen mag tot haar instructie, en dat ik voortaan de tijd sal uitwinnen, om niet meer in 't brede te moeten deduceren de kragten van dit kruyd voor die gene, die my sulx vergen uyt consideratie, dat sy weten dat ik een groot Lief-hebber ben van een Plante soo rijk in deugden, hoewel men veel menschen vind, die dat niet geloven; ik heb daarom de saak uit de gront opgehaalt, en my gedient van enige principien uyt de ware medicyne, om met enige reden te tonen, dat d'experientien waar, en seker zijn; die ik niet heb uyt de mond van desen en genen, nog gecopieert heb uyt verscheidene schrijvers, maar selfs genomen met soo veel sorge, en omsigticheit, als van noden is, om sich niet te bedriegen, en voor de experientie te nemen 't welk geen experientie is. Die nalatigheit van op alles wel toe te sien, heeft ons sedert soo veel Eeuwen bedrogen in de kragten van de kruyden, waar door onse Schrijvers van den Herbarius, en onse Medicyns ons nagelaten hebben vele valsche beschrijvingen, verswygende de ware deugden van veel planten, haar onbekend, en extenderende met groote pompe 't geen dat niet waar was, en daar van sy nog reden, nog sekere ervarentheit hadden.
De Chimisten hebben op de selve wij se veel belooft van haare
| |
| |
| |
unimportant it may be, to any person, and it is God Who in His righteous tribunal condemns them as reckless, ignorant, incautious and murderous, doing wrong when they seem to do right: because a patient cured by their medicines is cured by luck, by chance, and without their help.
But there are treatises which one not only may but should write, in a language which all can understand, because they are about things which everyone ought to know. This treatise about tea is of the latter kind: the love which we have for our nation and the good fortune which is hers more than any of other nation's, in being able to receive this herb more abundantly than they, by trading with the Indies, has led me to give to her first, an account of my experience and opinions which I have formed about it during the last few years. A doctor who keeps to himself the knowledge of the efficacious powers of a herb which might be of use to many people, must be absolutely lacking in Christian love. Therefore I have set myself the task of committing to paper what I have found out about tea, in this way making it known to our nation that it may be a book of service to those who do not know at all, or only partly, the powers of tea, thus instructing them that I may in future to be able to save the time necessary to explain fully the powers of this herb to those who ask me about it, knowing that I am a lover of this plant, a plant so rich in good qualities, although one finds many young people who do not believe it; hence I have taken the matter in hand, and by making use of some principles of true medicine I have shown with some reason, that my experience is true and sure; I have not collected it from the mouths of this one and that, nor copied my data from various writers, but have gathered them together myself with as much care and caution, as is necessary to avoid deceiving oneself, and so take for experience what is no experience. It is this failure in careful examination that has for so many centuries deceived us as to the powers of herbs, the writers of our herbarium and our medical men having left us many false descriptions and having said nothing about the truly good qualities of many plants unknown to them, describing with great bombast that which was not true, and for which they had neither reasons nor certain experience.
In the same way chemists have promised much from the use of
| |
| |
| |
Medicynen, 't welk sy nogtans noyt gedaan hebben, nog doen konnen. Soo men enig kruyd, of medicyn eens by geval, of met voordagt yemand geevd, en dat hij kort daar na geneest, soo is dat kruyt goed voor die siekte, insonderheyt soo dat meer als eenmaal gebeurt: daar drie of vier sulke losse ervarentheden zyn, vergroot men se, metse voort te seggen op tien, op twintig, en eindelijk op hondert en duysent. Men gelooft sulx, men probeert het wederom, in een andere tijd, als d'ware oorsaak van 't eerste effect 'er niet bij is, soo gelukt het niet.
Men moet veel verstand hebben en grote moeite doen, om sich niet te bedriegen in de experientie van de Medicyne. 't Is een groot ongeluk, dat veele Medicyns, daar in soo los syn geweest, en dat 'er nog veele gansch geen sorge voor hebben, of sy sich bedriegen, of niet: als de Patient geneest soo hebben het haar Medicynen, en metode gedaan; als hy niet genesen word; soo is syn siekte ongeneeslyk; als hy stervd, so is de natuur te swak, of syn tijd is gekomen, en God heeft niet belieft de Remedien te segenen, maar de levensdraad af te snyden. Op een ander tijd als men niet gebruykt haar Remedien, en methode, en dat de Patient stervd, soo heeft men hem vermoort, en qualijk getracteert. Waarom? om dat het is tegens de mode. Indien een patient een van die Doctoren laat komen, om 't plaisier van syn Discours, en niets gebruikt van haar Medicynen, sy oordelen evenvyel dat de selve hem gesond gemaakt hebben. Met twee soorten van finessen maken se alles goed.
Is de siekte ligt, en meer in schijn als in der daat gevaarlijk, sy beloven se te genesen, en 't gelukt, om dat die siekte evenwel soude genesen sonder haar order. Maar is een siekte swaar en vol van gevaar, sy voorseggen 't perikel, sy ordonneren niets als 't geen de sieke, vrienden, en Apoteker wel weten dat geen quaad kan doen, en daarom de sieke stervende by gebrek van grote remedien, die men moet gebruycken in groote siektens, sy wyse en voorsigtige Doctoren syn buyten schuld, en hebben alles gedaan.
Uyt sulke losse oordeelen, en experientien, uyt sulke en veel andere finessen gestaat de Medicyne van d'outheid, de practijk van de naam-Doctoren, de konst van die gene, die de medicyne bedienen om geld. Maar geheel anders is de medicyne, die op reden eh verligte en vaste experientie gebout wordende, sich dient niet van bedrog, maar van waarheit, om te besorgen niet de beurs of de
| |
| |
| |
medicines, which promises have never in reality proved true, nor ever will do so. If some herb or medicine has been given once (by chance or after serious thought), and that person recovered shortly afterwards, then at once it was considered a good specific for that disease, and especially if this had occurred more than once: the value of three or four such accidental results was extended to ten, twenty, or even hundred or thousand. It is believed, tried again at another time when the cause of the first success is not there, and then it turns out unsuccessful.
Much understanding and great painstaking are necessary to prevent selfdeception in medical experience. It is very unfortunate that many medical men are so careless in this matter, and that many do not take any trouble to make sure that they are not deceiving themselves; if the patient recovers then it is because of their medicines and method; if he does not recover then his disease is incurable; if he dies then nature is too weak or his time has come, and it has pleased God not to bless the remedies, but to cut off the thread of his life, At another time, if one does not make use of their remedies and methods and the patient dies, then he has been badly treated and murdered. Why? Because it has not been ‘comme il faut’. If a patient calls in one of these doctors for the pleasure of his discourse and does not take his medicines, he still maintains that he has cured him. With two kinds of conclusions these doctors turn everything to their own advantage.
If the disease is slight, more dangerous in appearance than in reality, they promise to cure it, and succeed because the disease would have been cured without their orders. But if the disease is serious and full of danger, they prognose the danger, and order nothing but what the patient, his friends and the apothecary know quite well can do no harm, and when the patient dies for lack of strong remedies which ought to be taken in serious illnesses, these wise and cautious doctors are not guilty and have done all they could.
Such loose judgements and experience, such and many other wiles are typical of the medical art of the ancients, of the practice of doctors in name, the art of those who serve it for mammon. But the practice of medicine which is built on reason and on certain and enlightened experience, is different: it is not served by deceitful ways, but is built up on the truth; it is not intended to fill the purse or increase
| |
| |
| |
vaniteit van de Medicyns, maar de gesontheit en 't leven van de sieken, gelijk dan 't interest van de Quaksalvers is, haar remedien te geven grote titels, valsche elogies, en versierde kragten, om alsoo 't geld te bekomen, soo is 't de plicht van een eerlijk Man, en van een waar Medicus, die een Dienaar van God is, aan wien, als aan de Rigter van Hemel en van Aarde, dat hy weet een maal te sullen moeten rekenschap geven, de menschen niet te abuseren; maar na dat hy de reden en experientie wel heeft uytgesogt door de ware kragten van de kruyden, haar te informeren met instructien, die utiel, en sekerlijk dienstig zijn voor haar leven, en gesondheit.
Ik pretendeer dese weg gevolgd te hebben, en de Thee niets toe te schrijven, als 't geen waaragtig is, sonder dat yets heb uytgeschreven (gelijk de mode is van onse Schrijvers, malkander te besteelen, en d'een sich te verryken met dat van een ander) of dat ik yets daar by doe uyt een humeur, om mijn Boek te vergroten, of de Thee te verheffen tot een Panacea, en een universelle remedie tegens alle qualen: want dat is een andere sotternye, waar in dat de menschen vallen, die enige passie voor een kruyd hebben, 't welk zy dan willen dat goet zy in alle siekten van 't hoofd tot de voeten. De methode van 't Tractaat beken ik heeft niet soo veel exactitude, als een Methodicus soude begeren: maar 't scheen my best te wesen, dat ik van 't water, waar voor dat veele schrikken, begon, en dat ik getoond hadde, dat het selve in plaats van gevaarlijk, nodig was tot het leven, verders enige vooroordeelen tegens onse Thee refuteerende; daar na de kragten van 't selve beschreev na d'order van de cours, die de spyse en drank houden van de mond af door 't geheel lichaam met de omloop des bloeds; eindelijk heb ik yets van de Thee selfs gesegt, van 't water, hoeveel, hoe dikwils, wat tijd van den dach, en van 't jaar, dat men allerbest Thee drinkt. Ik ben noch hier en daar in passant een weinig van mijn cours afgeweken, om yets van de oorsaken van sommige quaden aan te merken tot waarschouwing van die gene, die 't lusten sal sich tot haar proffyt te bedienen van mijn goedhertig advys. De styl van schrijven is niet gesogt, en soo simpel als se my gewoon is, en meer uyt de pen gevallen, als bedagt; om dat ik gewoon ben meer attentie op de saak, en op de waarheit te hebben van 'tgeen ik segge, als op de nettigheit van woorden, en eloquentie van styl: te meer om dot ik meen eloquent genoeg te syn, als ik my doe verstaan om dat het enig oogmerk van spreken, en schrijven is verstaan te worden.
| |
| |
| |
the vanity of the doctors, but to care for the health and the life of the sick. It is in the interest of quacks to give their remedies large titles, false eulogies, exaggerating their efficacious powers, to earn money thereby, but it is the duty of an honest man and of a doctor who is a servant of God, to Whom he knows he will once have to give an account as unto the Judge of Heaven and Earth, not to misuse his fellow men; but having found out by the powers his reason and by his experience the true qualities of herbs, to instruct his fellows about what is useful and serviceable for their life and health.
I maintain that I have taken this course, and have not attributed to tea anything that is not true, and have not copied anything (as is the custom of our writers to steal from each other, enriching themselves thereby), nor have added anything out of a wish to enlarge my book, or to place the tea on the pedestal of being a panacea and universal remedy for all ills: for that is another form of foolishness to which people give way, if they have a liking for a herb, thinking that it is a good thing for all diseases from the head to the feet. I admit that this treatise is not written in an exact methodical way as a methodicus would wish, but it seemed best to me to begin with the taking of water of which many are afraid, and show that that, instead of being dangerous, is one of the necessities of life, and further to refute some prejudices against our tea; after that to describe the powers of tea according to the course which food and drink take from the mouth through the whole body, with the circulation of the blood; lastly I have said something about tea itself, about the water, how much, how often, at what time of the day, and at what time of the year one can best drink tea. Here and there I have in passing diverged somewhat from my course to say something about the causes of some illnesses, as a warning to those who wish to take advantage of my kindhearted advice. The style of writing is not far fetched, but as simple as is usual with me it has rather dropped from the pen than been thought out; because I am accustomed to pay more attention to the subject, and to the truth of what I say than to the fair choice of words and eloquence of style: all the more since I believe I am eloquent enough if I can make myself understood, since the only standard of speaking and writing is that of being understood.
| |
| |
| |
De vaniteyt heeft de pompe van woorden uytgevonden, en de dolle begeerte om meer admiratie, als verstand te geven aan sijn toehoorders is de oorsaak van die ydele eloquentie van de grote Orateurs.
De Uytheemsche woorden syn my door de gewoonte van te conver seren met dode, en levende van andere natien, gemener als de Inlandse, en ik heb my dikwils verlegen gevonden, om woorden te bedenken in onse taal, die soo veel kragts hebben als de vreemde; wyders sal ik my wel passeren sonder die ydele glorie van goed duyts gesproken te hebben.
d'Ondervinding heeft my geleerd, dat veele van die personen, die 't duyts soo net gestudeert hadden, soo arm waaren in kennisse van saken als rijk in die van woorden.
't Discours dat ik voor aan geset hebbe, is gerigt om de menschen eenige reflexie te doen maken op haar leven, siekte en dood, om haar te doen sien, dat sy oorsaak syn van haar quaalen, en dat het niet buyten haar magt is, om veelen daar van te verhoeden, soo 't haar maar belieft de conduite van haar leven te reguleren, en 't is dat gene, waar op ik meen, dat de Doctoren allermeest behooren te arbeiden. Soo om dat de dood, en veele siekten ongeneeslijk syn, als om dat het beter is een lichaam in 't leven en gesondheit te houden, als nu ontstelt synde, wederom te stillen alle de troublen, die daar in gebeuren bij gebrek van een goede order. In sonderheit behoort men sorge te hebben voor syn gesontheit, en leven, om dat sulx niet te doen, is te leven na syn phantasie, en te doen de wille der gedachten, 't welk is te leven om met ziel en lichaam verloren te gaan. Nu een Medicyn behoord vooral te kennen dit pericul, en sich selven daar voor te wagten, en te geloven dat het van syn employ is, de menschen te waarschouwen, 't gevaar waar in sy syn te betonen, en haar sorgvuldig aan te wijsen de weg, die een yegelijk gaan moet om lang en gesond te leven. 't Is daarom dat de medicyne, en de morale te zamen moeten gaan, en dat ik my in dese verhandeling van beide gedient hebbe sonder vrese, dat het niet aangenaam sal zyn aan die gene, die meinen dat om een goed Doctor te wesen, men een Atheist, of een Libertyn behoort te worden.
Maar dat sentiment vind ik soo vreemd als de actie van die Doctoren, die in plaats van Medicynen, of van de regte medicynen te ordonneren, den sieke ondernemen te genesen, of te laten sterven, door een discours, of een gebed, of alse heel liberaal zyn, met alle beiden, verwisselende
| |
| |
| |
It is vanity which has devised the bombast of words, and the mad desire for more admiration, rather than the wish to make oneself understood by one's hearers, is the cause of the vain eloquence of the great orators.
Foreign words come more naturally to me than those of our own language, because I am accustomed to converse in the dead and living languages of other nations, and I have often felt at a loss in my own language, which is as strong as the foreign languages; for the rest I shall be able to manage without the vain glory of having expressed myself in perfect Dutch.
Experience has taught me that many of those persons who have studied Dutch so well were as poor in the knowledge of their subject as they were rich in the knowledge of words.
My introductory discourse is intended to lead people to reflect upon their life, upon disease and death, to help them to see that they themselves are the cause of their infirmities, and that it is notbeyond their power to prevent many of them, if only they would regulate their way of living, and that is what I believe doctors ought to work for most. Death and many diseases are incurable, but it is better to keep the body in life and health than to let it get disordered and then to have to relieve all the troubles which come from lack of a well regulated life. One ought to care for one's health and life, because neglecting to do so, is to live according to the imagination and to follow the will of one's thoughts, which means living so as to lose body and soul. A doctor ought to know this danger and to guard himself against it, and to believe it to be his duty to warn people, to show them the danger in which they are, and to point out carefully to them the way in which everyone should go, in order to live a long and healthy life. That is why medicine and morals ought to go together and I have turned both into account in this my treatise, without fear of its not being agreeable to those who believe that to be a good doctor one ought to be an atheist or a libertine.
But I consider such a sentiment as strange as the action of those doctors who instead of ordering medicines or the right medicines, undertake to cure the sick or to let them die by a discourse or a prayer, or if they are very generous by both, with pharisaical superstition
| |
| |
| |
met een Pharizaise Superstitie het hoogwaardig ambt van een Doctor met dat van een krank besoeker. Men heeft wel gesegt Non verbis sed herbis.
't Is beklagelijk dat men alsoo verontwaardige 't grote Ampt van een Doctor, en dat d'aarde dese Bedriegers drage. Voor my, ik dank God, die my d'oogen geopend heeft van mijn jeugd aan, om te sien veele fauten van onse medicyns, en dat ik my daar voor gewagt hebbe. Ik heb het van mijn pligt geoordeelt in mijn discours met liberteyt te spreken van deze abuysen, hoewel ik prepareer een ander werk daar ik in 't brede alles sal seggen, sonder yets te verswygen, 't kost, wat het kost. 't Is tijd, dat mense niet langer verdrage, en dat men de wereld disabusere van de goede opinie, die ze heeft voor ignoranten, en bedriegers.
Geen Christelijk gemoed kan lijden, dat men de menschen martelt, siek houd, siek maakt, en vermoort, om dat de medicyne is van God gegeven tot soulaas in de miserien, die de menschen lijden: 't is uyt dit principe, dat ik noyt die maximen heb willen of proberen, of verswygen. Ik heb dikwils mijn eer en interest verloren, omdat ik in consultatien aan Doctoren van die soort my opposeerde: ik passeerde menigmaal voor arrogant, opiniater, en praesumptueus, omdat ik niet cedeerde aan de Mannen van jaren, die voor experte, en voor geleerden passeerden. Sy hebben dikwils ook boven my getriumpheert, terwijl de Sieken, en omstanders niet konnende de waarheit penetreren, de oudsten voor de wijsten namen.
Ik heb lang getwijffeld wat conduite dat ik moest houden, om dese dwalingen tegen te gaan, en of ik gehouden was de selve te ontdekken: na lange meditatie vind ik ontwijfelbaar, dat het niet genoeg is sich te wagten voor die fauten, maar dat de liefde ons obligeert, omse te ontdekken met woorden, en geschrifte, op alle manieren, en niet een daar van te dulden of te verswygen, om dat het heil van 's menschen leven en gesondheit daar van dependeert: niemant gelove dan dat ik uyt passie, of spijt van de injurien my aangedaan, of uyt glorie, om te triumpheren boven anderen agere: gave God, dat ik van dese schuldigheit, die soo verdrietig is, en die my soo veel affaires sal maken, gedispenseert ware, dat ik noyt studie gemaakt hadde van de Medicijne: maar nu volg ik 't ligt, en de beweringe van mijn conscientie, en in 't grote Tractaat van de dwalingen van de Medicyns, Chirurgyns, Apotekers, en Vroedvrouwen
| |
| |
| |
confusing the high office of a doctor with that of a visitor of the sick. It has been said Non verbis sed herbis.
It is deplorable that the high office of a doctor can be so demeaned, and that the world can contain such deceivers. I thank God that He has opened my eyes from the days of my youth to see many faults ofour doctors and that I have guarded myself against them. I have considered it my duty to speak freely of these abuses in my discourse, although I am preparing another work in which I shall say everything more fully, cost what it may. It is time that such doctors should not be tolerated any more, and that the world be enlightened, and give up the good opinion it has of these ignorant and deceitful people.
No man with Christian feelings can suffer patients to be tortured, kept ill and made ill and murdered, since God has given us medicine for the relief of the miseries which men suffer; it is from this principle that I have never been willing to try these maxims, nor to keep silent about them. I have often lost my honour and interest because of having opposed doctors of this sort, when in consultation with them: I was often considered arrogant, self opinioned and presumptuous, because I did not give in to men of more advanced age, who were looked upon as expert and learned. They have often triumphed over me because the patients and their friends not being able to perceive the truth, took the oldest to be the wisest.
I have long doubted as to the best course to take in order to combat these wrongs, and as to whether it was my duty to make them known. After much deliberation I am now certain that it is not enough to avoid making mistakes oneself, but that neighbourly love obliges us to make these wrongs publicly known, by word of mouth and by writings, and in every way possible, not tolerating nor keeping silence about any one of them, since the welfare, life and health of mankind depend on doing so: let no one believe that I do this out of angry or hurt feelings, on account of the injuries that have been done me by others, or out of vainglory to triumph over others: I wish to God that I were exempt from this duty which is so irksome, and which will bring me into so much trouble: would that I never had studied medicine: but now I must follow the light and the dictates of my conscience, and in the more extensive treatise which I intend to write about the
| |
| |
| |
etc. sal ik my in de Prefatie breder verantwoorden. Ik verblijde mij ondertusschen, dat de tijd nadert waar in dat de waarheit sal triumpheren, en de ware Medicyne d'overhand nemen, en terwijl in Duytsland, Vrankrijk, en Engeland, veel goede Medicyns opstaan, soo moet Holland sich niet langer laten mishandelen van de naam-Doctoren, en de goede Doctoren, die 'er in syn, gelijk se deel hebben met de andere Natien in veel schone en nieuwe inventien, ook niets sparen om te ruineren alle de quade maximen, en de Medicyne te brengen tot syn ware digniteyt: ik neem de voorrang, en aan alle naam-Doctoren met haar suite en aanhang den oorlog declarerende, soo sal ik mijn arbeid continueren en verwagten alhier 't succes van een arbeid, die ik onderneem ten dienste van onse natie, onder geen ander interest, als de satisfactie van mijn conscientie; gelijk ik alhier van U (Leser) niets pretendere, als dat mijn Tractaat van de Thee u soo veel onderwijs geve, dat gy tot de conservatie van U leven, en gesondheit, met plaisier drinkt dese aangename drank, om in een gesond lichaam te bezitten een ziel, die verciert sy door de influentie van Gods genade met de wijsheit, en de deugd, die 't leven en 't ware geluk van de zelve zijn in dit leven, en 'tgeen hier na volgd.
|
|