Onze Stam. Jaargang 1911
(1911)– [tijdschrift] Onze Stam– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 240]
| |
Ridder Alfons CarlierGa naar voetnoot(1)Goedheil! mijn waarde vriend Carlier!
Onz' Vorst heeft U tot Ridder dus verheven!
Alwie U kent in al uw edel streven,
Gevoelt zich om die hulde fier!
De Mandelsteê zij fier op haren Zoon,
Op haren Ridder, die zijn levenskrachten
Gewijd heeft aan het heiligste betrachten
Van al wat goed is, waar en schoon!
Wie weet niet hoe gij eens in Vlaandrenland
Voor onze taal den strijdkreet hebt verheven,
Om 't volk te wekken tot zijn eigen leven,
Verlost van vreemden slavenband!...
Draag fier het Eereteeken op uw borst
Het schittere als een star vol vreugdestralen,
Als zinnebeeld van kamp en zegepralen,
Althans bekrachtigd door onz' Vorst!
Het glanse lichtend op uw vlaamsch gezin,
Waar vrome deugd het reinst geluk dooraderen;
En waar de aloude grootheidsbron der Vaderen
't Genot omspat der volkesmin!...
O ja, dat Mandelsteê en Vlaandrenland
Vol vreugd begroeten 't Ridderkruis dat heden
Uw borst versiert, om dat Gij hebt gestreden
Voor aller heil, vol liefdebrand!
| |
[pagina 241]
| |
Goedheil! mijn waarde vriend Carlier!
'k Bezing uw zege op mijn verrukte snaren,
Die Gij mij tokk'len deedt voor lange jaren!...
Ik zing: Goedheil! verheugd en fier!...
Komen, 19 Sept. 1911.
P.P. Denys.
|
|