afstand doen van het bewind. Vruchteloos heeft hij getracht, de Hervorming te onderdrukken; daarbij gevoelt hij zich zwak en ziekelijk, zoodat hij vurig naar rust verlangt.
Leunende op den schouder van een jong edelman, Prins Willem van Oranje genaamd, houdt de Keizer eene treffende redevoering tot de Staten.
Vóór hem geknield ligt zijn zoon en opvolger Filips, aan wien hij, diep bewogen, zijn zegen geeft. Voortaan zal deze Filips, een norsche en hoogmoedige Spanjaard, Heer der Nederlanden zijn.
Filips II.
Ziedaar Filips, die 'tonde Nederland vertrad,
Die 't vuur der wraak ontstak, toen 't om genade bad.
Filips hield niet van de Nederlanders, evenmin als ons volk van hem. Veel liever dan in dit land van moeras en nevel, waarin zooveel verfoeielijke ketters waren, woonde hij in het schoone, zonnige Spanje. Daarom vertrok de Spaansche Koning, zoo gauw hij kon, naar zijn vaderland. Te Vlissingen ging Filips aan boord.
Tot de talrijke edellieden, die den Vorst naar de haven vergezelden, behoorde ook Willem van Nassau, Prins van Oranje. Daar scheidden