Ontmoeting. Jaargang 17(1963-1964)– [tijdschrift] Ontmoeting– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 75] [p. 75] Jan H. de Groot De beving De ooievaars doodden hun halfwas jongen zo rustig of het hun gewoonte was. Toen vlogen zij op uit het struikgewas of een bevel tot hen was doorgedrongen. En later renden vossen door het gras, de wilde beesten brulden, herten sprongen over de wegen, toen begonnen gongen hun onderaards gegrom om puin en as. Ik weet wel dit is navertellen wat in krant en film ons reeds werd doorgezonden van Skoplje, dat de aarde van zich stiet. Maar wat ik nader zeggen wil is, dat de mens 't orgaan mist dat hem God aankondde in 't toornen van de winden door het riet. Vorige Volgende