De tiende muze
Aize de Visser
De Tiende Muze is een wispelturige en onevenwichtige jongedame. Geboren op de kermis, temidden van het getjingel van de paardencarroussel, het knallen van de kop van Jut en het geschreeuw der kraamhouders, met aan haar wieg de op vertier en sensatie beluste boeren, burgers en buitenlui, heeft zij haar afkomst, tot welke graad van volwassenheid zij gekomen moge zijn, nooit geheel kunnen verdoezelen.
Nog altijd verkeert een groot aantal mensen in twijfel welke houding zij tegenover haar dienen aan te nemen. Is zij inderdaad een grande dame? Of misschien een juffrouw van de vlakte, die - nu ja, zich wel eens ophoudt in betere kringen, maar louter ambtshalve? Is zij wel een muze? Hoort zij wel thuis in het gezelschap van de dochters van Zeus en Mnemosyne?
Wat al vragen. Welk een onzekerheid. Maar het bijzonder charmante van het geval is, dat juist dank zij deze vragen, dank zij deze onzekerheid de Tiende Muze zulk een boeiende verschijning is. Een verschijning die ons ieder moment voor nieuwe verrassingen en - natuurlijk ook - voor nieuwe teleurstellingen kan plaatsen. Doch die bovendien altijd bereid blijkt te zijn ons ergens te wachten met het wonder...
Er is nog steeds een aantal mensen, die bij het woord film hun stekels opzetten. Waarom? Is het peil der cinematografie zo bedroevend laag? Kom nou... Ik zou niet graag alle nare, vervelende, ongezond sensationele en onfrisse boeken en boekjes willen opsommen, gesteld dat ik op dit terrein wat beter thuis was dan het geval behoort te zijn. Ik denk echter wel dat hun aantal ver boven dat van de geschriften ligt, die iets met literatuur te maken hebben. Hoeveel boeken van waarde verschijnen er in een jaar? Ik bedoel niet boeken-die-je-gelezen-moet-hebben, maar boeken, die je zou willen bezitten?
Ook dit laatste winterseizoen zijn er weer een aantal voortreffelijke filmproducten in de Nederlandse bioscopen gedraaid. Ik noem slechts Come back, little Sheba, So lange du da bist, Statione Termini, Roman Holiday, Le Solaire de la peur (ja ook die), waarop ik straks nog even in het kort terugkom.
Een zeer merkwaardige film is Manon des Sources, een product van Marcel Pagnol, dat ter gelegenheid van het Holland Festival in Nederland in roulatie is gebracht.
Deze film is niet alleen merkwaardig wegens haar uitzonderlijke lengte (en drie uur is lang!) maar nog veel meer vanwege de onorthodoxe wijze, waarop Pagnol haar vervaardigde. Manon des Sources (Manon van de bronnen) spot letterlijk met alles wat in de cinematografie zo'n beetje heilig was verklaard en begaat de zonden, waartegen mensen-die-het-we-