Ontmoeting. Jaargang 5
(1950-1951)– [tijdschrift] Ontmoeting– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 290]
| |
Horizontaal en verticaalSta ik omhoog uit mijn voeten gestrekt,
'k zie, hoe de zee naar de kim zich rekt;
maar lig ik later neer op het strand,
'k zie, hoe het water klimt als een wand;
rijs ik omhoog, weer rijs ik alleen;
leg ik mij neer, wij worden niet één;
loop ik haar binnen, zij werpt mij weer uit;
slechts in mijn oren is haar geluid. -
Ruist er het zeelied, of ruist er mijn ziel?
Of ik dan toch met haar samenviel?
|
|