Ontmoeting. Jaargang 5

[p. 220]

G. Boogaard
Uitvaart van een verbrand meisje

Haar lichaam ligt verkoold in witte wade.
Een priester zingt een smekend requiem.
Dit kind zal eens, in 't nieuw Jeruzalem,
genezen zijn van alle leed en schade.

Waar eng'len zingen met een zilv'ren stem,
daar zal zij witter zijn dan deze wade.
Geen vuurvlam zal haar teederheden schaden,
want aller vlammen gloed verteerde Hem,

die zeer verlaten, in Zijn bitterst uur,
te kreunen hing in Gods verterend vuur,
dat duizendvlammig, langs Zijn leden lekte.

Haar lichaam zal, verheerlijkt als dit Lam,
dat Zich in doodsangst langs Zijn kruisbalk rekte,
eens blanker wezen dan een altaarvlam.