trekken de dramatische lijn door of leiden de sfeer van een nieuw tafereel in. Het is vooral in die fragmenten dat Kersters' kern-achtig en viriel idioom met zijn kortvezelige motieven en jachtige ritmen, obsederende ostinato's en hamerende accenten het sterkst tot uiting komt.
De componist karakteriseerde zijn werk als een komitragedie. De enkele komische scènes komen hoofdzakelijk in het eerste bedrijf voor. Vanaf het tweede bedrijf begint de spanning voorgoed te gloeien, en in het derde bedrijf ontvlamt de intrige in enkele ketsende kortsluitingen. Hoogtepunten uit het drama zijn het liefdesduet aan de piano en de wanhoopsscène van Karel in het tweede bedrijf, de ontreddering van Gansendonk, de waanzinexplosie van Lisa en het hele slot van het derde bedrijf.
Hoewel Ronny Lauwers met opzet het naakte realisme en de folkloristische anekdote weert en in de hele enscenering een sterk gedepouilleerde stijl nastreeft, zit zijn regie vol vondsten en dramatische stuwing. Een blinde grijze muur naast de scène symboliseert de scheiding tussen de wereld van de adel en die van het boerenvolk. Wanneer Lisa op het einde van het stuk in een ogenblik van hysterische zinsverbijstering door de hoge, smalle deur onverwacht naar de andere kant van de muur vlucht, loopt ze daar fataal in de armen van de dood. Ook zij, de pensionaatsjuffrouw met haar fijne manieren, hoort niet thuis in de wereld van de nobele heren. In Gansendonk komt geen koor voor, wel een zwijgende volksmassa, die in de ioop van het gebeuren als dreigend vloedwater steeds aanzwelt en uiteindelijk de hoofdpersonnages in een klemmende greep verstikt. Tussenin zorgt het boerenkwartet enkele malen voor een verademend en licht komisch moment.
Geen sinecure om de vijftien rollen op een behoorlijk niveau te bezetten; toch is de Opera voor Vlaanderen daar grotendeels in geslaagd. Niemand van de solisten viel uit de toon, al kwamen sommige wel geloofwaardiger of overtuigender over dan andere. Theo Van Gemert is een bariton met kwaliteit en allures, maar zette het hoofdpersonnage iets te stroef op de scène. Mireille Capelle gaf een ontroerende uitbeelding aan de figuur van Lisa; aan haar dictie en verstaanbaarheid kan ze nog flink wat schaven. De rol van de verliefde en ontgoochelde Karel kreeg van Frans Van Eetvelt een prima vertolking. Ook de overige personnages (I. Beernaert, K. Lampaert, J. Stroobants, M. Hendriks, J. Van Ree, K. Crucke, J. Caals, R. Beckers, F. De Swert, D. Van Croonenborgh, B. Van Averbeke, J. Baert, H. Bekaert) hebben het hunne bijgedragen om deze nieuwe Vlaamse opera onder de beste voorwaarden op te dienen.
Alle lof voor de dirigent Frits Celis, die niet alleen de voile instrumentale rijkdom uit Kersters' partituur opdiepte, maar bovendien koor, orkest en solisten met een oprechte bezieling leidde en het geheel de gewenste dramatische gloed gaf.
Het is jaren geleden dat een Vlaams componist met een nieuwe opera te voorschijn kwam. Gansendonk van Willem Kersters betekent in elk geval een valide en duurzame verrijking van de twintigste-eeuwse Vlaamse operaliteratuur. Het werk zelf en de voorstelling ervan in de Opera voor Vlaanderen kun je zonder schroom en overdrijving kwalificeren als een knap staaltje van eigentijds, aangrijpend muziektheater.
Hugo Heughebaert