stelling voor het eigen culturele verleden en een brede regionale hervorming. Hij deed een aantal suggesties om de relaties tussen Vlaanderen en Frans-Vlaanderen nog te verbeteren. Tijdens deze zitting werden ook drie pioniers van de Frans-Vlaamse zaak in de bloemen gezet: André Demedts, Maurits Verhaest en Jozef Deleu.
De 34e Frans-Vlaamse cultuurdagen te Waregem werden op zaterdag 26 september ingezet met een geschiedkundig colloquium. De werkroep archiefstudie van de Franse Nederlanden handelde over de Frans-Vlaamse regionalistische tijdschriften tijdens het interbellum en A. Lowyck over de Familie Blanckaert. Ook werd door Maurits Verhaest de tentoonstelling over de Nederlanden in Frankrijk geopend.
Op zondagvoormiddag 27 september 1981 kwamen de diverse secties bijeen. In de werkgroep economie besprak Julien Theys van de G.O.M.-West-Vlaanderen de economische as Brugge-Kortrijk en haar relaties met het Noordfranse gebied Rijsel-Robeke-Torkonje. Voor de sectie onderwijs schetste docent Luc Ravier van de Katholieke Universiteit te Rijsel de geschiedenis van de leerstoel Nederlands. Aan de Katholieke Faculteit der Letteren te Rijsel kan het Nederlands gedurende twee jaar als bijvak voor het Diplôme d'Etudes Universitaires Générales (DEUG) gevolgd worden. Vanaf dit jaar krijgen de toekomstige onderwijzers in Frankrijk een universitaire opleiding die twee jaar duurt. Het Nederlands is één van de optionele lespakketten. Zo is aan de Katholieke Universiteit te Rijsel een nieuwe cursus Nederlands DEUG-instituteurs die 22 studenten telt. Ravier noemde de toestand van de leerstoel Nederlands aan de Vrije Faculteit bevredigend. Onder leiding van Prof. P.C. Paardekooper volgde een panelgesprek over de vraag of men het onderwijs van de Nederlandse taal in Frans-Vlaanderen moet toespitsen op de Nederlandse standaardtaal of op de Vlaamse streektaal. Uiteindelijk kwam men tot de consensus dat het Algemeen Nederlands en het Vlaams allebei bij het onderwijs van het Nederlands moeten worden betrokken. Taaldidactisch en tactisch kán het taalonderwijs van de streektaal in Frans-Vlaanderen interessant zijn. Het is echter onrealistisch om zich tot het onderwijs van de streektaal te beperken. Uiteindelijk moet ook deze vorm van onderwijs doorstoten naar het Algemeen Nederlands. De werkgroep letterkunde en communicatiemedia wijdde alle aandacht aan het belang en de mogelijkheden van de pas gelegaliseerde Radio Uylenspiegel. Ook de secties jeugd, familiekunde en geschiedenis kwamen bijeen.
In de ‘Stichting Anne en Albert Prouvost’ te Marcq-en-Baroeul werd op 8 oktober 1981 de expositie André Derain geopend. Ze belicht de verschillende facetten in het werk van deze kunstenaar. André Derain (Chatou 1880 - Garches 1954) is aanvankelijk één van de schitterendste exponenten van het fauvisme, maar evolueert geleidelijk naar een strengere kunst. Een zekere kubistische inslag is niet te ontkennen. Na de Eerste Wereldoorlog keert hij terug naar een klassieke figuratie. Later werk vertoont zelfs quasi magisch-realistische affiniteiten. Derain maakte ook naam als decorateur en illustrator.
Deze boeiende tentoonstelling loopt nog tot 10 januari 1982. Ze is elke dag open van 14 tot 18 uur. Op zondag van 10.30 uur tot 12.30 uur en van 14 tot 19 uur. De stichting is gesloten op maandaq.
Tussen 12 oktober en 8 november 1981 liep in de tentoonstellingszaal van de Kredietbank op de Brusselse Grote Markt een tentoonstelling van schilderijen, aquarellen, tekeningen en foto's onder de titel Frans-Vlaanderen in beeld. Jan Bosselaers, afgevaardigd-beheerder van de Kredietbank, sprak bij de opening het welkomstwoord uit. Daarna hielden Dr. D. Merlevede, voorzitter van het Komitee voor Frans-Vlaanderen en F. Boutu, burgemeester van het Frans-Vlaamse Brokzele een gelegenheidstoespraak over Frans-Vlaanderen. De burgemeester van Brussel P. van Halteren was op de opening aanwezig.