Maetschappy van Orpheus.
Den 22 dezer maend heeft de Maetschappy van Orpheus haer tweede winter-Concert gegeven. De voortgang harer leden in de Toonkunde is eene zaek welke wy van eerst af en by elk Concert hebben gewaer geworden. Nu hebben wy bezonder getroffen geweest door de juistheid en vastheid met welk de verschillende stukken zyn uitgevoerd geweest, zoo als: de ouverture van Lindpaintner, het eerst gedeelte der Sinfonie van Van Beethoven, de Liebes-tandler en de Labyrinth-walzer van J. Lanner, en de ouverture van Jozef Hasselmans, onzen jongen en veel belovenden stadgenoot welke thans te Nantes, in Frankryk orkest-bestuerder is.
Wat den zang betreft, deze heeft ook niets te wenschen overig gelaten. De heer Fr. Kenis heeft ons nog altyd met zyne aengename stem verrukt; de heer Lambrechts heeft ons dit mael ten vollen zyne krachtige en buigzame stem in den Duo van de Puritani getoond, en de Kooren hebben ten vollen aen de verwachting van het publiek voldaen. Buitengewoon vergenoegd was het pupliek over de jonge juffer welke zich in den Duo van Anna Bolena heeft laten hooren. Wy zouden niet verwonderd zyn dat er eene tweede Eliza Meert onder verborgen was. Hopen wy in de toekomst. Met al dat was het beklagensweerdig te zien hoe onsterk het publiek was. Wanneer toch zullen onze Antwerpenaren verstaen dat de aenmoediging der kunsten bestaet, niet in ydele woorden en geschreeuw; maer in openbaer en door werken te toonen dat men belang in hunnen voortgang stelt?...