De poorten der Alpen = de passen, toegangen over de Alpen, vergeleken bij poorten in de wallen om een stad. Vermoedelijk hebt ge bij de uitdrukking alleen gedacht aan ‘de poorten van een stad’, alsof de Alpen bij een stad vergeleken werden. Zooals ge ziet, worden de Alpen vergeleken bij de muren om de vesting Rome.
Ge denkt bij ‘aankloppen’ toch niet altijd aan letterlijk aantikken, hoorbaar slaan op een houten of ijzeren deur? Vgl. ‘Als ge moeilijkheden ontmoet bij uwe studie, klop dan gerust bij de Redactie van Noord en Zuid aan’. - De bedoeling is natuurlijk: de Teutonen beproefden over de Alpen Italië binnen te dringen. In 't jaar 102 v. C. werden ze te Aix in Z.-Frankrijk totaal verslagen. -
Voorliefde voor klinkende beeldspraak verleidt heel licht tot het zeggen van dingen die men niet precies kan verantwoorden. Daarom is het altijd veiliger voor een gewoon mensch, die zijn beeldspraak niet tastbaar voor zich ziet, een eenvoudigen, en daardoor waren, waarheidlievenden, stijl te schrijven. Is dus zoo'n gezwollen stijl altijd af te keuren, dubbel veroordeelenswaard is hij in een beknopt leerboek, en driebubbel in een kleine geschiedenis der Letterkunde!....
Het weidsche gebouw dat instortte, is het Romeinsche Rijk met zijn eigenaardige instellingen, zijn bestuur enz. Dat Rijk, dat Bestuur, die Staatsinstellingen kunnen alleen oneigenlijk met een gebouw vergeleken worden; de ‘puinhoopen’ daarvan zijn allerminst geschikt om er kerken of paleizen van te bouwen (zelfs geen ‘luchtkasteelen’!). De kathedralen zijn of van baksteenen of van marmer opgetrokken. In deze beeldspraak worden figuurlijke en eigenlijke beteekenissen dooreengehaald, en dus deugt ze niet.
Bedoelde de schrijver, dat de christelijke kerk en de latere maatschappij groote brokken Romeinsch leven, Romeinsche denkbeelden enz. in zich hebben opgenomen, - dan zou men daarover nog kunnen twisten, maar in ieder geval had men het recht te eischen dat de schrijver zijn meening duidelijk zei! -
Het zinnetje maakt ook om een andere reden een zonderlingen indruk. 't Is waar, dat de Teutonen de eerste Germanen zijn geweest die storm geloopen hebben tegen 't Romeinsche Rijk. Maar als men weet dat het Teutoonsche gevaar in 101 v. C. volkomen afgewend was, en het nog vijf en driekwart eeuw ruim moest duren voor Odoaker zich Koning van Italië noemde; dat in die